Before starting to work in this theme, check with a classmate how much you know about 'contacts' already. Voordat je aan dit thema begint te werken, controleer met je klasgenoot hoeveel je al weet over contacten.
To do so: Om dit te doen:
For yourself, make a list of ways you can contact other people.
Then compare your list to that of a classmate. Maak een lijst, voor jezelf, over manieren waarop je andere mensen kan contacteren. Vergelijk daarnaar jouw lijst met die van een klasgenoot.
Together, answer the following questions: Beantwoord samen de volgende vragen:
How did people communicate a long time ago? Hoe communiceerden mensen lang geleden?
What ways of communication existed? Welke soorten communicatie bestonden er?
What ways of communication didn't exist? Welke soorten communicatie bestonden nog niet?
How do people communicate nowadays ? Hoe communiceren mensen tegenwoordig?
How do you communicate with friends and family? Hoe communiceer jij met vrienden en familie?
Is your way of communication with friends and family different to the way you communicate with people who are not your family or friends? How? Verschilt jouw manier van communiceren met vrienden en familie van de manier waarom je met mensen die geen familie of vrienden zijn? Zo ja, hoe?
Think of five English words that have to do with communication. Bedenk vijf Engelse woorden die te maken hebben met communicatie.