De weg die een product doorloopt van grondstof tot eindproduct noem je de productieweg van het product. Een bedrijfskolom geeft aan welke bedrijven in de productieweg voorkomen. De consument behoort niet tot de bedrijfskolom. Een bedrijfstak is een schakel in de bedrijfskolom en bestaat dus uit bedrijven die dezelfde functie vervullen in de bedrijfskolom.
In een bedrijfskolom kunnen zich de volgende veranderingen voordoen:
Parallellisatie of branchevervaging: een onderneming gaat ook producten uit een andere bedrijfskolom verkopen en verbreedt dus het assortiment. Bijvoorbeeld: een boekenwinkel gaat ook kantoorartikelen verkopen.
Specialisatie: een onderneming verkleint zijn assortiment. Bijvoorbeeld: een drankenhandel gaat alleen nog maar wijn verkopen.
Integratie: een onderneming wordt ook actief in een andere schakel van de bedrijfskolom. De kolom wordt hierdoor korter. Bijvoorbeeld: Een koffiebrander koopt een aantal koffieplantages op.
Differentiatie: de bedrijfskolom wordt langer. Er komt een schakel bij. Bijvoorbeeld: een fietsenfabrikant besteedt de productie van onderdelen uit aan een andere onderneming.