Meten met schuifmaat

Om maten op te meten kan je een liniaal gebruiken.
Veel nauwkeuriger kan je meten met een: schuifmaat.

Als je met een schuifmaat meet kan je met meer cijfers achter de komma meten.
Voor het meten gebruik je vooral de meetbekken, de liniaal en de nonius.

Meten op 1 decimaal

 

Lees op de liniaal af op hoeveel
hele milimeters
de 0 van de nonius staat.
In dit voorbeeld: 24 mm.

 


Kijk nu welke streepje van de nonius
precies recht tegenover
een steepje op de liniaal staat.
In dit voorbeeld is dat
bij het getal 7 op de nonius.
De totale maat is dus: 24,7 mm

Klik hier om de hele animatie te zien.

Bekijk de video waarin het aflezen van de schuifmaat wordt uitgelegd.

Beantwoord onderstaande vragen.

Meten op 2 decimalen


Als het streepje tussen 2 nonius getallen precies tegenover een streepje op de liniaal staat, lees je de maat af op twee decimalen.
In dit voorbeeld: 20 mm + 0,35 mm = 20,35 mm

Beantwoord de volgende vragen. Lees de getallen op 2 decimalen af.

Als je nog extra wilt oefenen kan je dat doen door hier te klikken.

Met een schuifmaat kan je op verschillende manieren meten.
Hieronder zie je enkele voorbeelden.