De mond

Lees de paragraaf over De Mond

Het begint allemaal in de mond. In de mond liggen een hoop verschillende onderdelen die samenwerken bij de eerste stappen van het verteringsproces. In de mond maak je de boterham fijn met je tanden. Tanden zijn harde structuren, die gecalcificeerd zijn, in je tanden zit veel kalk (zie bron 4). Je tanden zijn opgebouwd uit verschillende lagen (zie bron 3). Bekijk deze goed. Het eten wordt fijngemalen om het doorslikken van voedsel makkelijker te maken. Ook wordt er speeksel aangemaakt. Dit is de eerste stof die aan het eten toegevoegd wordt die voor de afbraak van het eten zorgt. In het speeksel zitten verteringsenzymen die daadwerkelijk ervoor zorgen dat voedsel wordt afgebroken.  Ook zorgt speeksel ervoor dat verschillende soorten

bacteriĆ«n worden gedood. Hierdoor is de kans op infecties kleiner. Het speeksel gaat ook tandbederf tegen. Net zoals een fluoridebehandeling en/of tanden poetsen, natuurlijk. Speeksel wordt aangemaakt in de speekselklieren die onder de tong verborgen liggen (zie bron 2).                                                

De tong kan het eten verplaatsen door de mondholte. Hierdoor kan het eten makkelijker door de tanden worden fijngemalen. Ook kun je met de tong proeven. Op de tong liggen namelijk smaakpapillen. Hiermee kun je zoet, zuur, bitter en zout onderscheiden. Deze 4 liggen NIET op een specifieke plek op de tong, zoals door veel mensen gedacht wordt.

Het eten verlaat, als het goed genoeg is fijngemalen en het speeksel is toegevoegd, de mondholte en gaat via de keelholte naar de slokdarm.

Dit is Bron 3

Dit is Bron 4