In het vorige hoofdstuk hebben we het gehad over de bloedsomloop. Hierover hebben we geleerd dat vanaf het hart, de aorta naar het onderste gedeelte van het lichaam loopt. Vanaf de aorta gaat een bloedvat naar de lever. Dit heet de leverslagader, dit wordt ook wel een vertakking genoemd. Via de leverslagader ontvangt de lever zuurstofrijkbloed.
Verder is er nog een speciale ader genaamd de poortader. De poortader vervoert vanaf de dunne- en dikke darm, de maag en de milt zuurstofarm bloed naar de lever. De lever ontvangt dit zuurstofarme bloed via de poortader, dit bloed zit vol met voedingstoffen opgenomen uit de darmen, maag en milt.
Na een maaltijd begint dus als eerst de lever de voedingsstoffen te bewerken. Het bloed verlaat de lever via de leverader, de lever heeft dus een dubbele bloedtoevoer.