Leefstijl
Keuzes maken over hoe je leeft noem je leefstijl. Dit gaat over wat je eet, hoe laat je gaat slapen, wat je graag doet in je vrije tijd en de mensen met wie je omgaat. Sommige keuzes die je maakt kunnen invloed hebben op je gezondheid. Vrijwel niemand leeft 100% gezond. Denk bijvoorbeeld maar aan een keertje snacken of het drinken van een biertje in het weekend. Dit hoeft ook helemaal niet schadelijk te zijn. Pas als je dingen overmatig doet, kan er schade aan je gezondheid ontstaan. Het is daarom belangrijk dat je keuzes bewust maakt en dat je een balans vindt tussen gezonde en ongezonde keuzes.
Opdracht 1:
a. Schrijf vier dingen op die kenmerkend zijn voor jouw levensstijl (welke keuzes maak jij)
b. Noem iets dat gezond is aan jouw levensstijl
c. Noem iets dat ongezond is aan jouw levensstijl
Bij gezond leven denk je al snel aan voeding. Toch zijn er veel meer factoren die van invloed zijn op een (gezonde) leefstijl. Denk bijvoorbeeld aan stress, slaap en beweging. Ook het gebruik van middelen kan je gezondheid beïnvloeden. Middelen zijn bijvoorbeeld tabak, alcohol en drugs, maar ook medicijnen.
Opdracht 2:
a. Zoek op internet uit hoeveel uren slaap iemand van jouw leeftijd ongeveer nodig heeft.
b. Hoe laat ga jij meestal slapen? En hoe laat wordt je meestal wakker? Voel jij je dan uitgerust? Haal je het aantal uren slaap dat aanbevolen wordt voor jouw leeftijd?
c. Waarom zou slaap van invloed zijn op jouw gezondheid?
d. Wat is stress? (beschrijf het zelf of zoek het op via internet)
e. Wanneer of waarvan ervaar jij stress?
f. Waarom zou stress van invloed zijn op jouw gezondheid?
g. Wat kan je doen om stress te verminderen?
Volgens diverse onderzoeken ervaren zo'n drie op de vier jongeren te veel stress, waardoor ze zelfs een burn-out zouden kunnen krijgen. Psychologen zeggen dat dit 'moderne probleem' kan komen door het toenemende gebruik van social media. Overal aan mee willen doen, veel 'ge-liked' worden en altijd online zijn om te kunnen reageren is hier een onderdeel van.
Opdracht 3:
Bekijk en lees bovenstaande afbeelding.
a. Herken jij bij jezelf of in jouw omgeving gedrag zoals beschreven in de tekst?
b. Tot welke groep social media-gebruikers hoor jij?
c. Welke vormen van social media gebruik je vooral?
d. Wat zijn volgens jou voordelen van social media?
e. Zijn er ook nadelen aan social media? Zo ja, welke?
f. Hoe zou stress kunnen ontstaan door social media? En heb jij dit ook wel eens ervaren?