Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je benoemt de vijf grootste godsdiensten ter wereld en je herkent de verspreidingsgebieden.
Aan de slag | ||
Stap | Activiteit | |
Stap 1 | ![]() |
Je leert over het ontstaan en de verspreiding van de vijf grootste en bekendste godsdiensten. Daar beantwoord je vragen over. |
Stap 2 | ![]() |
Je kijkt een video over het ontstaan van de wereldgodsdiensten. Daarna maak je een invuloefening. |
Stap 3 | ![]() |
Je leert over hoe godsdiensten zich via bekering en migratie over de wereld verspreiden. |
Stap 4 | ![]() |
Je leert over de nationale (vrije) feestdagen en maakt er een oefening over. |
Stap 5 | ![]() ![]() |
Je leert over religieuze feestdagen. Samen met een klasgenoot zoek je over drie feesten informatie op internet. |
Afronding | ||
Onderdeel | Activiteit | |
Begrippen | ![]() |
De begrippenlijst bevat allerlei omschrijvingen over wereldgodsdiensten. |
Eindopdracht A | ![]() |
Je maakt de toets over wereldgodsdiensten. |
Eindopdracht B | ![]() |
Samen met een klasgenoot zoek je passende traditionele kleding, die bij een bepaald geloof hoort. Je kleedt er uitgeprinte poppen mee aan. |
Terugkijken | ![]() |
Terugkijken op de opdracht. |
Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 lesuren nodig.