3.1 Leesstrategieën

Zoals je inmiddels weet, is het belangrijk om te weten wat je leest! Sommige teksten zijn lastig en die kunnen daardoor moeilijk te begrijpen zijn. Tijdens deze les bespreken we een aantal leesstrategieën die je kan inzetten om een tekst beter te begrijpen.

De leesstrategieën die in deze worden behandeld zijn:

- oriënterend lezen;

- globaal lezen;

- intensief lezen;

- zoekend lezen;

- kritisch lezen;

- en studerend lezen.


Oriënterend lezen
Bij oriënterend lezen kijk je in een korte tijd waar de tekst over gaat. Dit doe je door naar de titel, kopjes en plaatjes te kijken. Ook de inleiding mag je hierbij lezen. Daarnaast kan ik zinvol zijn om te weten wie de auteur is van de tekst en waar de tekst is geplubliceerd (bron).
Deze manier van lezen is zeer geschikt bij alle teksten. Na het oriënteren weet je als het goed is waar de tekst in hoofdlijnen over gaat. Dit activeert je voorkennis, waardoor je de tekst beter zal snappen wanneer je hem aandachtig leest.

Globaal lezen
Bij globaal lezen, probeer je snel de hoofdzaken uit een tekst te halen. Dit doe je door met name de eerste en de laatste alinea te lezen. Naast de eerste en de laatste alinea, kijk je ook naar de eerste en laatste zinnen van alle alinea's. Dit zijn meestal de kernzinnen, dus hierdoor krijg je een globaal beeld van de tekst.

Intensief lezen
Wanneer je een tekst intensief leest, lees je de tekst helemaal. Dit doe je erg aandachtig. Tijdens het intensieve lezen zoek je de betekenis van moeilijke woorden op. Vaak kan je de betekenis uit de zin halen, maar je kan een woord ook altijd even opzoeken in bijvoorbeeld een woordenboek. Daarnaast is het belangrijk dat je jezelf tijdens het lezen vragen stelt, bijvoorbeeld: begrijp ik wat ik nu heb gelezen? of wat bedoelen ze hiermee? et cetera.
Na het lezen van de hele tekst kan je, als het goed is, zowel het onderwerp als de hoofdgedachte van een tekst benoemen.
 

Zoekend lezen
Wanneer je specifieke informatie nodig hebt uit een tekst, ga je zoekend lezen. Je scant de tekst dan als het ware. Je scant bijvoorbeeld kopjes, schema's en dikgedrukte of cursieve woorden om zo snel mogelijk te kunnen inschatten waar de bruikbare informatie staat.
 

Studerend lezen
Studerend lezen doe je vooral bij het leren van bijvoorbeeld een toets. Het doel is dat je de belangrijkste informatie onthoudt. Het beste is om dan de tekst eerst oriënterend te lezen, vervolgens globaal en tot slot de tekst intensief te lezen. Maak daarna een samenvatting van de belangrijkste informatie en lees die een aantal keer door.
 

Kritisch lezen
Bij kritisch lezen kijk je of de informatie betrouwbaar is. Vragen die je jezelf dan stelt zijn: Is de informatie juist? Wie is de auteur van de tekst? Waar komt de tekst vandaan? Kloppen de argumenten? et cetera.
 

Algemene tips:

- Het is meestal zinvol om sommige strategieën te combineren!;

- Stel jezelf vragen tijdens het lezen van de tekst;

- Probeer je de tekst eigen te maken door het je bijvoorbeeld in te beelden;

- Sta na elke gelezen alinea even erbij stil of je snapt wat je hebt gelezen.

 

 

Opdracht
Ga naar onderstaande link en maak daar de twee oefeningen. Je mag de uitleg uiteraard nogmaals doorlezen en de twee filmpjes kijken die je daar ziet staan. 

https://www.cambiumned.nl/theorie/schrijven-en-spreken/lezen/leesstrategie/