Een schrijfopdracht die regelmatig in het examen Nederlands voorkomt is het schrijven een artikel. Er wordt dan een bepaalde situatie geschetst waar jij je in 'bevindt' en dan krijg je de opdracht om voor bijvoorbeeld de schoolkrant een artikel te schrijven. In deze paragraaf kan je twee van zulke opdrachten oefenen. Deze opdrachten zijn uit oude examens gehaald.
Eerst krijg je kort wat uitleg over het schrijven van een artikel en welke eisen daaraan zijn verbonden. Daarnaast kan je zien hoe zo'n schrijf opdracht wordt nagekeken. Waar wordt op gelet?
Uitleg over het schrijven van een artikel
In tegenstelling tot een (zakelijke) brief is een artikel gericht aan een groot publiek. Denk hierbij aan de lezers van een bepaald tijdschrift. Of de leerlingen van school via de schoolkrant. Je richt je dus niet tot één bepaald persoon.
Het schrijfdoel van een artikel is informatie geven of je mening uiten.
Kenmerken van een artikel zijn:
- een (pakkende) kop;
- een logische volgorde: inleiding - kern - (eventueel) slot;
- samenhang;
- een alinea-indeling;
- je naam en eventuele functie.
Opbouw artikel
Inleiding:
In de inleiding geef je bijvoorbeeld een overzicht van de punten die in het artikel aan de orde komen, een samenvatting vooraf of een anekdote. Vaak wordt er van je gevraagd om ook de aanleiding voor het schrijven van het artikel benoemen.
Kern:
In de kern werk je inleiding uit. Je gaat dus diep in op de verschillende punten die je wil/ moet behandelen. Dit is, als het goed is, de meest uitgebreide alinea.
Slot:
Het slot is optioneel, dit betekent dat het niet verplicht is, maar dat het een optie is. Als je voor een slotalinea kiest of als dit in de opdracht staat, schrijf dan een samenvatting, wens of je mening.
Tips voor het schrijven van een artikel:
- stel jezelf niet voor, dit doe je alleen in een (zakelijke) brief;
- zorg dat je je taalgebruik afstemt op je doelgroep;
- begin niet met 'Hoi allemaal'! Begin met een pakkende kop en dan meteen met de inleiding (aanleiding voor het schrijven van het artikel);
- maak je zinnen niet te lang;
- denk om hoofdletters, spelling en interpunctie;
- gebruik de zinnen/ woorden uit de opdracht en verwerk die in je verhaal;
- maak er een lopend verhaal van waarbij geen overbodige informatie wordt gegeven;
- schrijf getallen onder 20 (op data na) en afkortingen uit.
Oefeningen voor het schrijven van een artikel
Oefening 1: Lees eerst de tekst goed door om vervolgens het artikel te kunnen schrijven. Daarna kan je je artikel nakijken aan de hand van het nakijkmodel. Op deze manier zie je hoe de schrijfopdrachten bij het examen worden beoordeeld.
Oefening 2: Lees eerst de tekst goed door om vervolgens het artikel te kunnen schrijven. Daarna kan je je artikel nakijken aan de hand van het nakijkmodel. Op deze manier zie je hoe de schrijfopdrachten bij het examen worden beoordeeld.