In dit hoofdstuk ging bijna alleen maar over hoe je jezelf aan een ander voorstelt door dingen over jezelf te vertellen of op te schrijven. In dit project komt alles samen. Je maakt dit project bijvoorbeeld in Powerpoint of als je liever schrijft en plakt op een grote poster die je dan van mij krijgt.
1. Met wie ga je dit doen?
Werk alleen of in een tweetal (dan wel elk je eigen project maken).
2. Hoe ga je aan het werk?
Verzamel foto's bij de teksten die je gaat schrijven.
Kies een mooie lay-out in Powerpoint.
Op elke dia in Powerpoint staat tenminste één zin.
Je schrijft tenminste in totaal 10 Duitse zinnen.
3. Wat moet er tenminste in staan?
wie je bent - waar je vandaan komt en waar je woont - hoe oud je bent - of je broers of zussen hebt - naar welk soort school je gaat en in welke klas je zit - wat je lievelingsvak is - wat je lievelingseten is - welke hobby(s) je hebt - welk vak je moeilijk en welk vak je makkelijk vindt - wie of wat je graag zou willen worden.
Als je meer wilt schrijven dan zou je kunnen denken aan de volgende extra's:
als je broers of zussen hebt kun je schrijven hoe ze heten en hoe oud ze zijn - je kan vertellen waarom een vak je lievelingsvak is - bij wie of wat je zou willen worden kun je aangeven waarom.
Verder kun je natuurlijk zelf ook wat bedenken. De volgorde van de dia's mag je zelf beslissen. Het lijkt me wel handig om te beginnen met een foto en een tekst over jezelf.
Wil je inspiratie, kijk dan eens op bladzijde 20 en 21 van je tekstboek.