Boek 7 - havo 5

Kinderjaren

 

Informatie Jona Oberski

Jona Oberski (Amsterdam, 20 maart 1938) is een Nederlands kernfysicus en schrijver van Joodse afkomst. Hij is vooral beroemd om zijn autobiografische boek Kinderjaren waarin hij vertelt over zijn tijd als kind in een concentratiekamp. De boeken die hij geschreven heeft zijn Kinderjaren (1978), De ongenode gast (1995) en De eigenaar van niemandsland (1997). Zijn bekendste werk is het boek Kinderjaren. Het boek is in 16 verschillende talen vertaald.

 

Bron:     https://nl.wikipedia.org/wiki/Jona_Oberski

               https://www.schrijversinfo.nl/oberskijona.html

 

Tijd

De vertelde tijd is moeilijk in te schatten. Er worden nergens data of tijden in het verhaal aangegeven. Wel worden er verjaardagen gevierd. De verjaardag van de hoofdpersoon komt twee keer langs en de verjaardag van zijn vader één keer. De eerste verjaardag van de hoofdpersoon vindt plaats in Nederland en de tweede verjaardag, een paar dagen na die van zijn vader, vindt plaats in het concentratiekamp. Omdat de hoofdpersoon hierna nog een tijdje in het kamp verblijft en uiteindelijk naar Nederland vertrekt, zal de vertelde tijd ongeveer anderhalf jaar zijn.

 

De hoofdpersoon en zijn moeder maken de bevrijding mee, dus moet het het laatste anderhalf jaar van de tweede wereldoorlog zijn geweest.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/zekerwetengoed/kinderjaren-jona-oberski

Perspectief

Het verhaal wordt verteld uit de ogen van de ik-persoon van wie we de naam niet weten. We weten wel dat hij een jongetje is. De precieze leeftijd is ook onbekend, maar hij wil graag met de grote kinderen meespelen en ziet sommige gevaren nog niet goed in. Hij zal dus ongeveer zeven of acht jaar zijn.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/zekerwetengoed/kinderjaren-jona-oberski

 

 

 

Personages

Ik-persoon

 

Van de ik-persoon en verteller van het verhaal weten we geen naam. Hij is zeven à acht jaar. Samen met zijn ouders gaat hij naar een concentratiekamp.

 

Moeder

 

De moeder van de hoofdpersoon zit samen met haar zoon in het kamp. Zij overlijdt na de bevrijding aan een ziekte.

 

Vader

 

De vader van de hoofdpersoon zit in een ander deel van het kamp. Wanneer hij overlijdt zijn zijn vrouw en zoon erbij.

 

Trude

 

Trude is een vriendin van moeder. Zij vermaakt de hoofdpersoon in de trein wanneer die stilstaat en hij blijft bij haar na de bevrijding wanneer zijn moeder ziek is.

 

Meneer Paul en mevrouw G.

 

Meneer Paul en mevrouw G. is het stel waarbij de hoofdpersoon gaat wonen na de bevrijding. Trude brengt hem bij hen.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/zekerwetengoed/kinderjaren-jona-oberski

Ruimte

De ruimte wordt niet zo duidelijk beschreven, een kind maakt zich daar niet druk om. Je krijgt wel een idee van het kamp als hij op een gegeven moment naar z'n moeder toe moet en zo tussen de barakken doorloopt en verdwaalt.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/boekverslag-nederlands-kinderjaren-door-jona-oberski-41962

 

Spanning

De spanning in het boek is best wel goed opgebouwd, je blijft vanaf het begin steeds afvragen of ze het wel halen en waar ze uiteindelijk terechtkomen.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/boekverslag-nederlands-kinderjaren-door-jona-oberski-45359

Stijl

Jona Oberski heeft zelf in de oorlog in concentratiekamp Westerbork en Bergen-Belsen gezeten. Ondanks deze autobiografische achtergrond heeft hij zich verzet tegen een te letterlijke interpretatie, zegt Trouw. Hij wilde geen feiten herhalen maar de indruk die de omstandigheden bij een kind achterlaten uitdrukken. Dit heeft hij onwijs goed gedaan. De hoofdpersoon van het boek is de verteller. Hij vertelt met korte zinnen en kiest precies de juiste woorden waardoor het niet eentonig wordt. Over de gevoelens van de hoofdpersoon komen we weinig te weten. Wel heeft het verhaal een sober karakter, doordat essentiële informatie indirect en vaak achteraf wordt gegeven, zegt Reinjan Mulder. Het voorbeeld dat hij geeft in zijn recensie is de situatie op de pont, waarbij zijn vader zegt dat ze thuis met de hoofdpersoon zo veel mogelijk Nederlands proberen te spreken.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/zekerwetengoed/kinderjaren-jona-oberski

Genre

Het boek is een Autobiografie van een joods jongetje in de tweede Wereld-Oorlog.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/boekverslag-nederlands-kinderjaren-door-jona-oberski-41962

Samenvatting Kinderjaren

Het boek start met de hoofdpersoon en zijn moeder die in een concentratiekamp zitten. Ze mogen na een aantal dagen weer naar huis. Wanneer ze thuis zijn, wordt de Jodenhaat erger. Het gezin mag geen boodschappen meer doen bij de winkel waar ze dat normaal doen en de hoofdpersoon wordt af en toe gepest. Sommige mensen zijn nog wel aardig tegen joden.

 

's Nachts wordt het huis van de hoofdpersoon en zijn ouders binnengevallen, ze moeten zo snel mogelijk al hun spullen pakken, want ze moeten naar een concentratiekamp. De soldaten hebben geweren en dat maakt indruk op de hoofdpersoon.

 

Ze komen aan in Westerbork, het kamp waar ze eerder ook al zijn geweest. Via Westerbork gaan ze naar een nieuw kamp. De hoofdpersoon en zijn moeder mogen bij elkaar blijven, zijn vader gaat naar een ander deel van het kamp.

 

De hoofdpersoon is bang en weet niet goed hoe hij zich moet gedragen. Hij wil graag met de grote kinderen spelen en steekt hiervoor zijn tong uit naar een Duitse soldaat. Gelukkig heeft niemand het gezien.

 

Op een gegeven moment moet hij naar zijn vader toe omdat zijn vader ziek is. Zijn moeder moet nog werken en kan daarom niet zo snel langs. Wanneer hij daar is, blijkt dat zijn vader op sterven ligt. Hij moet zijn moeder halen, op de terugweg raakt hij afgeleid door het natte gras en vergeet hij wat hij zijn moeder moest vertellen. Trude, een vriendin van zijn moeder, weet het gelukkig ook en haalt zijn moeder. Samen met zijn moeder gaat de hoofdpersoon naar zijn vader toe en zijn erbij wanneer hij sterft.

 

Tijdens het spelen met de grote kinderen moet hij het Ketelhuis in, een plek waarin allerlei lijken liggen voordat ze worden afgevoerd. Hij gaat in het Ketelhuis op zoek naar zijn vader, maar kan hem niet vinden. De grote kinderen halen hem eruit omdat de Duitsers woedend zullen worden als ze hem pakken. Zijn moeder is ook boos op hem.

 

Na een tijdje moet hij met zijn moeder in de trein naar Palestina. Hij slaapt heel veel en merkt niet dat de trein al twee weken stil staat. Samen met Trude gaat hij naar buiten en maken ze brandnetelsoep. Wanneer de Duitsers merken dat ze buiten zijn, worden ze allemaal weer naar binnen geleid. Kort hierna komen de Russen iedereen bevrijden. De oorlog is klaar.

 

De hoofdpersoon en Trude mogen naar een huis in Duitsland waar ze tijdelijk verblijven voordat ze weer naar Nederland gaan. Zijn moeder moet naar het ziekenhuis want ze is heel erg ziek. Na een tijdje overlijdt ze.

 

De hoofdpersoon en Trude gaan met allerlei andere mensen weer terug naar Nederland. Hier mag de hoofdpersoon bij meneer Paul en mevrouw G. wonen. Meneer Paul kende hij al want hij werkte met zijn vader.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/zekerwetengoed/kinderjaren-jona-oberski

Eigen mening

Ik vond het boek best wel leuk om te lezen, omdat er heel veel ontwikkelingen waren in het boek. Op een dag zat je nog in je eigen huis in Nederland, en voor je het wist moest je een trein instappen en werd je afgevoerd. Ik vond de ik-persoon in dit verhaal best wel zielig, omdat hij helemaal geen idee heeft wat er nu allemaal gaande was. Hij had geen idee waarom ze opeens uit het huis weg moesten gaan, en ook wist hij niet eens waar ze met de trein naartoe gingen. Zelfs in het kamp wist hij niet eens wat hij moest doen. Voor de rest vond ik het wel een spannend boek, omdat je niet meteen te weten komt of de vader en de moeder van de ik-persoon het gaan redden. Ook was er een moment in het boek waar een soldaat Trude voorbij liep, en op dat moment had ik gedacht dat zij doodgeschoten zou worden voor de ogen van de ik-persoon. Uiteindelijk toch een leuk boek om gelezen te hebben.