Opdracht niveau 3
Titel | Odysseus, een man van verhalen |
---|---|
Niveau boek | niveau 3 |
Opdracht | niveau 3 |
Studielast | 1 uur |
Werkvorm | individueel |
Focus | kwesties |
Je leert | reflecteren op sterfelijkheid en onsterfelijkheid. |
Gemaakt door | Cilla Geurtsen |
Bron 1 | Queen, Who wants to live forever', op: www.youtube.com |
Bron 2 | 'Queen, Who wants to live forerer', op: www.songteksten.nl |
Bron 3 | Hans Oranje, 'Beter een dappere sterveling dan een mislukte god', op: www.trouw.nl |
A
Bekijk de vidieoclip in bron 1. Lees de vervolgens de songtekst (bron 2).
Vraag 1
De vraag die Queen stelt is 'Wie wil er eeuwig leven?' Welk impliciet antwoord geeft Queen op die vraag?
In het laatste gedeelte van het liedje word er gezegt dat "wij" wel voor eeuwig zouden willen/kunnen leven, maar iets later ontkracht hij dat antwoord weer door te zeggen dat niemand onsterfelijk wil zijn.
Vraag 2
Zou jij onsterfelijk willen zijn? Nooit dood willen gaan? Licht je antwoord toe.
Aan de ene kant zou ik wel ontsterfelijk willen zijn. Je kan dan alle toekomende geschiedenis zelf meemaken. Maar voor altijd is heel lang. Als je levensmoe wordt is het een hel op aarde. Ook zou je van al je geliefden afscheid moeten nemen als ze sterven, en je hebt niemand om oud mee te worden. Dus het is eigelijk een heel alleen leven. Daarom zou ik niet onsterfelijk willen worden.
B
De Griekse godenwereld kent een onderverdeling in goden, helden en stervelingen.
Vul onderstaand schema zo uitgebreid mogelijk in. Je moet daarvoor gebruik maken van internet. Noteer daarom ook je bronnen.
Goden | Helden | Stervelingen | Bron(nen) | |
Definitie | vereerd, bovennatuurlijk wezen; = godheid: de mindere goden de minder belangrijke figuren | iem. die uitblinkt door moed: held op sokken quasiheldhaftig iemand; hij is geen held in het rekenen niet erg goed in |
mens: geen sterveling niemand | Van Dale woordenboek |
Kenmerk | onsterfelijk | sterfelijk, soms onsterfelijk | sterfelijk | - |
Beroemde voorbeelden |
Ares (zoon van Hera en Zeus, oorlog, krijgslust) |
Achilles | Elvis Presley (rock ster) | |
Uit Odysseus | Aiolos, Helios | Odysseus, Kirke | Eurikleia, penelope | het boek |
C
Vraag 1
Herlees nu de laatste twee alinea's van het boek. Omschrijf in eigen woorden waar de verteller eigenlijk stiekem een beetje naar verlangt.
Ik denk dat de schrijver een beetje verlangt naar een stukje onsterfelijkheid zelf mee te maken. Aangezien het onderwerp vaak terug komt in het boek. Ook denk ik dat de schrijvers een beetje naar romantiek verlangen, zeker omdat Odysseus aan het eind van het boek terug gaat naar zijn familie en zijn ware liefde.
Vraag 2
Herlees nu de laatste twee alinea's van het boek. Omschrijf in eigen woorden waar de verteller eigenlijk stiekem een beetje naar verlangt.
Ik denk dat de schrijver een beetje verlangt naar een stukje onsterfelijkheid zelf mee te maken. Aangezien het onderwerp vaak terug komt in het boek. Ook denk ik dat de schrijvers een beetje naar romantiek verlangen, zeker omdat Odysseus aan het eind van het boek terug gaat naar zijn familie en zijn ware liefde.
Vraag 3
Herlees alinea 3 van dit artikel. Wat was volgens de Griekse mythologie het doel van het menselijk leven?
Het doel van het menselijk leven volgens de Griekse mythologie was dat je stervelijke leven beter moest zijn het leven van een onsterfelijke.
Vraag 4
Ben je door deze opdracht anders gaan aankijken tegen onsterfelijkheid? Gebruik minstens 100 woorden voor je antwoord.
Ik ben een beetje anders tegen onsterfelijkheid aan gaan kijken. Ben er zeker achter gekomen dat ik niet onsterfelijk wil worden zolang ik nog mensen heb waar ik van hou. Het lijkt me te pijnlijk om maar afscheidt van ze te blijven nemen. Ik bedoel daarmee bijvoorbeeld een man of kinderen. Als ik die niet zou hebben zou ik waarschijnlijk wel onsterfelijk willen worden, liever een leven wat ik goed kan opbouwen dan geen leven. Maar grote deels van deze informatie had ik al bedacht, voor deze opdracht maar nog niet voor het lezen van het boek. Dus ik mijn kijk op onsterfelijkheid is niet echt verandert.