Verslag maken in Word

Eisen

(stage)verslagen maken

 

Algemene tips:

  1. Denk altijd aan het publiek: welk taalgebruik past bij hen? Hoe maak je het voor de lezer interessant?
  2. Lever geen vodjes in, maar gebruik bijvoorbeeld een snelbinder. Voor hele belangrijke verslagen is het nog mooier om die in te binden.
  3. De vorm van je verslag kan nog zo mooi zijn, als je bijna geen inhoud hebt maar bijvoorbeeld maar tien regels per hoofdstuk, sla je de plank mis. Spelling, grammatica en het gebruik van alinea's zijn belangrijk!
  4. Gebruik verschillende bronnen om je informatie betrouwbaar te maken, maar zet die wel om in je eigen woorden; gebruik geen populaire spreektaal. Vermeld op de juiste plek je bronnen (Google is nooit een bron maar een zoekmachine).
  5. Docenten zoeken in verslagen altijd je eigen mening over het onderwerp en je leermomenten. Laat deze ruimschoots aan bod komen.

 

V e r s l a g l e g g i n g

opbouw/structuur

 

1        titelpagina

Niet nummeren, aantrekkelijk maken door bijvoorbeeld een afbeelding te gebruiken. Niet vergeten: onderwerp, datum, naam van de schrijver(s), in welke klas je zit en eventueel de beoordelende docent(en) vermelden.

2        voorwoord

Niet nummeren! Niet een inleiding, maar vertellen over het waarom van dit verslag, persoonlijke opmerkingen over het maken van het verslag en een dankwoord aan medewerkers; het voorwoord moet kort zijn en is niet noodzakelijk.

3        inhoudsopgave

Bladzijden niet nummeren! De inhoudsopgave geeft de structuur van het verslag aan; zorg dat de hoofdstukken kloppen met de paginanummers in je verslag. Het eerste punt zal zijn de inleiding, daarna de hoofdstukken met titels van het onderwerp etc. t/m de allerlaatste pagina.

4        inleiding

De eerste genummerde bladzijde. Je vertelt wat de lezer kan verwachten, maar geen herhaling van het voorwoord.

5        kern

Hierin komen de verschillende onderwerpen in een voor jou logische volgorde te staan, netjes in hoofdstukken verdeeld; bij grote hoofdstukken graag paragrafen gebruiken. Let op dat je relevante informatie gebruikt; bijvoorbeeld bij een stageverslag niet alleen werkzaamheden opnoemen, maar ook aangeven hoe moeilijk of gemakkelijk die waren en waarom.

6        nawoord/conclusie/samenvatting

Als er geen mening over mogelijk is, dan geef je een korte samenvatting van de besproken hoofdstukken. Is er wel een mening, dan kom je tot een conclusie. Bij een leermoment – zoals bij stageverslagen- maak je er een nawoord van.

7        literatuurlijst/bronvermelding

Vermeld alle gebruikte bronnen op een lijst, zodat je ze gemakkelijk kunt vinden. Ook een begrippenlijst mag je toevoegen als je wilt.

8        bijlagen

Bijvoorbeeld een rassenschema, een stagebeoordeling of een bewijs. Nummer deze anders dan de rest van je verslag, bijvoorbeeld bijlage A en B. Verwijs in je tekst naar de bijlage.