Stap 1

Het gereedschap van mannen en vrouwen
Tussen jongens en meisjes, mannen en vrouwen, zijn veel verschillen.
De mannelijke geslachtsklieren zijn de teelballen, zaadballen, testikels of testes (enkelvoud testis).
De penis of het lid is het mannelijk geslachtsorgaan, dat gebruikt wordt om urine te lozen en voor seksualiteit, waaronder geslachtsgemeenschap. De eierstokken of ovaria (enkelvoud ovarium) zijn de vrouwelijke geslachtsklieren. De vagina of schede is het inwendige deel van het geslachtsorgaan dat de baarmoeder met de buitenkant van het lichaam verbindt.

Bestudeer de theorie in de Kennisbank:

KB: Geslachtsorganen

Opdracht 1 Geslachtsorganen
In Binas/Biodata is veel informatie te vinden over de bouw van geslachtsorganen van mannen en vrouwen. Zoek in Binas/Biodata de relevante figuren en noteer de titels, nummers en/of bladzijden.
Maak een tabel van de onderdelen van mannelijke en vrouwelijke geslachtsorganen en de bijbehorende functies.

Opdracht 3 Zoogdieren
De mens behoort tot de zoogdieren. Zoogdieren hebben veel overeenkomsten in hun bouw.
Download het werkblad ‘ Geslachtsorganen van een paard en hond ’ en benoem de geslachtsorganen van een hengst, merrie, reu en teefje.

Opdracht 4 Geslachtscellen
De mannelijke geslachtscellen (zaadcellen) verschillen van de vrouwelijke geslachtscellen (eicellen), maar er bestaan ook overeenkomsten.
Maak een schema met eventueel afbeeldingen waarin je de geslachtscellen vergelijkt. Vergelijk in ieder geval:

Gebruik hiervoor de onderstaande bronnen.

Bronnen:

KB
: Geslachtsorganen

Video: Productie zaadcellen
Video: Ovulatie
Video: Erfelijkheid