PGP

Veel communicatie gebeurt via encryptie: mobiel telefoonverkeer, digitaal betaalverkeer, e-mail.

Het uitwisselen van digitale informatie is een vast onderdeel van ons bestaan geworden. Elke dag worden honderden miljoenen mailtjes verstuurd. Internet is een centrale plek geworden voor de digitale markt: de e-commerce groeit met de dag. Geld vliegt door cyberspace en men schat dat de helft van ’s wereld bruto product verloopt via de SWIFT (Society for Worldwide Interbank Financial Telecommunications).

Al deze zaken moeten veilig verlopen. En hoewel er meestal geen problemen zijn met de meeste transacties, zijn sommige regeringen er niet echt op uit onbreekbare encryptie aan te moedigen. De overheid wilde controle houden over de versleuteling van digitale gegevens. De Amerikaanse Senaat kwam in 1991 met een wetsvoorstel dat programmeurs zou verplichten om een achterdeur in hun beveiliging te bouwen, zodat de overheid mee kon blijven kijken.

In datzelfde jaar publiceerde Phil Zimmermann het e-mail encryptiepakket PGP (Pretty Good Privacy) gratis op het internet. Zimmerman vond dat elke burger de beschikking moest hebben over een encryptiemogelijkheid om zijn communicatie te beschermen. Omdat het als freeware op het internet stond, werd Zimmermann het doelwit van een drie jaar durend strafrechtelijk onderzoek. De Amerikaanse overheid was van oordeel dat de exportrestricties voor ‘wapens’ werden geschonden door de wereldwijde verspreiding van PGP.
De Amerikaanse overheid besloot in 1996 echter om de zaak zonder aanklachten te laten varen, waarop Zimmermann het bedrijf PGP Incorporated oprichtte.

Bekijk de video over de lezing van Phil Zimmermann.