De volgende stap in de analyse is het leggen van beperkingen op de rollen.
Niet alles mag worden ingevuld.
Kijk maar eens naar de volgende voorbeelden:
Leerling 86139 woont in plaats Alkmaar.
Leerling 86139 woont in plaats Heiloo.
Een leerling woont in twee verschillende plaatsen. Dat kan niet.
Er is een klas 4Ha.
Er is een klas 4Ha.
Een klascode komt twee keer voor. Er is hier sprake van redundantie.
Leerling 86141 heeft vak sp van docent agu.
Leerling 86141 heeft vak sp van docent bht.
Ook dit mag niet. Een leerling volgt in ons model een vak bij één docent en niet bij meerdere docenten.
Al deze gevallen zijn niet gewenst en moeten verboden worden. Dat kan met de zogenaamde beperkingsregels (in het Engels: constraints). De beperkingen worden in het IGD aangegeven. In deze paragraaf bespreken we drie soorten beperkingen:
Waarom moeten er constraints worden aangegeven in een IGD?