Informatiesystemen spelen een belangrijke rol in onze samenleving. We treffen ze overal aan. Een cijferregistratiesysteem op school, een voorraadsysteem in de supermarkt of een systeem voor de dienstregeling van een vervoersbedrijf. Het zijn slechts een paar voorbeelden. Vaak gaat het om geautomatiseerde systemen. In een supermarkt worden alle transacties bij de kassa direct verwerkt. Daardoor kan op elk moment de actuele voorraad van een product worden opgevraagd.
Grote vervoersbedrijven zijn voor hun dienstregeling afhankelijk van geautomatiseerde informatiesystemen. Dat geldt ook voor banken. Bijvoorbeeld voor het registreren van financiële transacties.
De automatisering van de informatievoorziening begon in de vorige eeuw in de jaren zestig aanvankelijk bij grote bedrijven en instellingen zoals multinationals en banken. Met de komst van de personal computer, begin jaren tachtig, volgden ook de kleinere bedrijven en instellingen.
Een informatiesysteem heeft als doel een organisatie te voorzien van de gewenste informatie. Een informatiesysteem kan langzaam en ongeleid tot stand komen, maar kan ook doelbewust worden ontwikkeld door een projectteam. In de praktijk gebeurt dat vaak in het kader van een automatiseringsproject.
Lang niet alle automatiseringsprojecten zijn een succes. Bij het invoeren van een nieuw stelsel van studiefinanciering eind jaren tachtig van de vorige eeuw kregen veel studenten geen of een onjuist berekende studiefinanciering. Een belangrijke oorzaak was dat het systeem niet goed overweg kon met studenten met bijzondere omstandigheden. Bij het ontwerp was daar onvoldoende rekening mee gehouden.
Het ontwikkelen van een informatiesysteem is niet eenvoudig. Het vereist een planmatige aanpak. In het ontwikkeltraject van een informatiesysteem onderscheiden we een aantal stappen.
De eerste stap bestaat uit het formuleren van de informatiebehoefte en het maken van een beschrijving van de relevante informatie. Je geeft met behulp van voorbeelden aan welke informatie het systeem moet kunnen bijhouden.
Vervolgens ga je kijken welke functies het systeem moet bezitten om aan de informatiebehoefte te kunnen voldoen. Het cijferregistratiesysteem van een school moet bijvoorbeeld rapporten kunnen afdrukken, maar ook de klassenlijsten met namen en cijfers voor de rapportvergadering kunnen samenstellen.
Tot nu toe bestaat het ontwerp alleen op papier. Bij de derde stap worden de benodigde computerprogramma’s aangeschaft of geschreven. Wanneer er nieuwe computerapparatuur nodig is, wordt deze uitgezocht, aangeschaft en geïnstalleerd. Ook moeten de gebruikers geschoold en begeleid worden om het informatiesysteem te kunnen gebruiken. Tenslotte moet geëvalueerd worden of het systeem in de praktijk voldoet aan de informatiebehoefte.