John Evelyn
Op 13 augustus 1641 bezoekt de Engelsman John Evelyn een jaarmarkt te Rotterdam. In zijn dagboek schrijft hij hierover:
|
We kwamen laat aan in Rotterdam, waar op dat moment juist de jaarlijkse markt werd gehouden. Hier waren zoveel schilderijen (vooral landschappen) te zien dat ik er versteld van stond. Ik heb er enkele gekocht en naar Engeland gezonden. De reden voor deze enorme hoeveelheid en de lage prijzen die ervoor worden gevraagd, ligt in het gebrek aan land om geld in te kunnen beleggen. Het komt vaak voor dat een gewone boer twee- tot drieduizend pond neertelt voor deze waar, waarmee de muren van hun huizen dan ook volhangen en die ze op hun kermissen vervolgens weer met aanzienlijke winst verkopen. Sommige van de doeken zijn lang niet slecht en gaan doorgaans van de hand op deze kermissen, vanwaar zo vele Hollandse schilderijen door heel Europa worden verspreid. |
John Evelyn geeft in de tekst een beschrijving van de Republiek.