Stap 7

Voedselpiramides.

Een dier eet zelf andere organismen om aan zijn voedsel te komen, omdat in dat voedsel organische stoffen zitten die nodig zijn bij verbranding. Zelf kan het dier ook worden opgegeten door een ander dier. Zo werkt dat in de natuur.

De basis van een voedselweb of voedselketen is altijd een producent. Een plant dus. De biomassa van de planten in een ecosysteem is groter dan de biomassa van de consumenten (van de eerste orde), een planteneter dus. De biomassa van de consument van de tweede orde is kleiner dan die van de consumenten van de eerste orde.
Wanneer je de biomassa van het voedselweb uitzet in een figuur, dan krijg je een piramidevorm: een brede onderkant en iedere schakel daarboven is steeds smaller.
Het voedselweb van energierijke stoffen heeft ook altijd een piramidevorm.

Een voedselweb van aantallen heeft meestal een piramidevorm, maar niet altijd. Denk maar aan een boom waarop rupsen zitten. Welke vorm zou de 'piramide' in dat geval hebben, denk je?

 

Maak de volgende vragen uit het HAVO examen van 2010.

Examen 2010-I

Biologie examen havo ecologie

(bij vraag 21 gaat het over een uitwerkbijlage, maar deze vraag kan je prima zonder bijlage in je schrift noteren)

Biologie examen havo ecologie

 

Biologie examen havo ecologie