Achter het IJzeren Gordijn
Na de Tweede Wereldoorlog kwam Polen achter het ‘IJzeren Gordijn’ terecht. Polen behoorde tot Oost-Europa. Het was een van de landen die onder invloed van Rusland communistisch was geworden. De boerenbedrijven en de industrie kwamen in handen van de overheid. De staat bepaalde wat er geproduceerd werd.
Dagelijks leven
Het dagelijks leven in Polen stond onder controle van de communistische partij. Alleen als je lid was van die partij maakte je kans op een goede baan. Een eigen mening, die anders was dan die van de communistische partij, werd streng bestraft. De geheime dienst hield personen met Westerse sympathieën goed in de gaten. Reizen naar het ‘vrije Westen’ was er al helemaal niet bij.
Grens
Tussen West- en Oost-Europa kwam er een grens te liggen, het IJzeren Gordijn. Het IJzeren Gordijn zat potdicht voor de inwoners van het Oostblok, maar ook West-Europeanen kwamen er maar moeilijk binnen. Dag en nacht bewaakten gewapende wachters de grens. Grensbewaking met prikkeldraad, hekken, muren en mijnenvelden moest voorkomen dat mensen stiekem de grens overstaken.
Einde communistische tijd
In 1989 is er, met de val van de Berlijnse muur, een einde gekomen aan de communistische tijd in Polen. Polen en de andere Oost-Europeanen mochten weer naar andere landen reizen. Vanaf dat moment zijn de Polen zich steeds meer gaan richten op West-Europa en in 2004 is Polen samen met negen andere landen toegetreden tot de Europese Unie.
|