Liefdesemblematiek is een populaire vorm van poëzie in de zeventiende eeuw. P.C. Hooft is naast Daniël Heinsius en Otto Vaenius de derde dichter die in deze vorm publiceerde in het Nederlands, voorheen waren gedichten altijd in het Latijn voor het meer geleerde volk. Nu het 'gewone' volk de teksten konden lezen, werd het een enorm succes.
Een embleem bestaat uit een plaatje ('pictura'), met een spreuk ('inscriptia /motto') en daaronder een kort vers ('subscriptio') in het Nederlands, Latijn en Frans.
Hooft schreef over de liefde tussen man en vrouw, met alle moeilijkheden die daarbij horen.
Zijn Emblemata amatoria oftewel liefdesembleembundel werd voor het eerst uitgegeven in 1611. Hij deed dit anoniem, maar verwees al in het eerste plaatje naar zijn naam (die was verwerkt in de versregel). Ook schreef hij een voorwoord speciaal voor de jeugd. De jeugd kon zo kennis maken met de liefde: ze leerde over de mooie, maar ook over de lastige kant van de liefde.