Kennisopdrachten vreemde valuta

1.       Noteer de definitie van het begrip 'wisselkoers'?

2.       Leg uit hoe de volgende koersnoteringen moeten worden gelezen:

        € / NOK = 9,5154

        DKK / € = 0,1340

        AUD / € = 0,6473

        € / USD = 1,1089.

3.       Omschrijf het begrip 'aankoopkoers'/biedkoers.

4.       Geef een goede omschrijving van het begrip 'verkoopkoers'/laatkoers.

5.       Van welke koers worden elke werkdag de aan- en verkoopkoersen afgeleid?

6.       Noteer vier factoren die de vraag naar en het aanbod van valuta bepalen.

7.     Je wordt in de gelegenheid gesteld een partij goederen uit Engeland te kopen die door de aanvankelijke koper niet kon worden afgenomen. Je toont belangstelling en vraagt naar de prijs. Deze komt per fax door: GBP 50.000,-. Je hebt er naar alle waarschijnlijkheid een klant voor in Groningen. Je wilt 10% brutowinstopslag maken.

Voor welke EUR-prijs moet je de goederen in dat geval doorverkopen, uitgaande van een EUR / GBP van 0,7803?

8.       Is het verstandig om – bijvoorbeeld in de onderhandelingsfase – een offerteprijs die in EUR staat ter plekke tegen de dan geldende koers in een vreemde valuta om te zetten en die vervolgens aan de afnemer aan te bieden? Motiveer je antwoord.

9.       Zoek via de wisselkoers van vandaag uit hoeveel euro’s je ontvangt voor:

        - GBP 3.000,-

        - USD 30.000,-.