Stijl 1, INSTRUEREN:

“Ik vertel aan jou wat en hoe je dat moet gaan leren.”

 

Wanneer de begeleidingsstijl instrueren toepassen?

Dit werkt het beste:

Instrueren wil zeggen dat de verpleegkundige aan de lerende een handeling of vaardigheid op een tamelijk directieve wijze aanleert. Instructie is vooral noodzakelijk in het begin van de opleiding of een stageperiode of bij acuut zieke patiënten en bij het laten leren van een nieuwe (deel)taak.

Een goede instructie levert de lerende stap voor stap iets nieuws op. De verpleegkundige vertelt bij instrueren hoe, wanneer en waar de lerende de handelingen moet vervullen. Dit is duidelijk een vorm van eenrichtingsverkeer: de verpleegkundige communiceert naar de lerende. De verpleegkundige geeft precieze opdrachten en houdt nauwlettend toezicht op de uitvoering van de taak. Zij controleert, stelt vragen, stuurt bij waar nodig en hanteert daarbij de regels uit richtlijnen en protocollen.

Een uitstekende volgorde voor instructie is: uitleggen, voordoen, laten nadoen en feedback geven.

helemaalzonderaanmoedigen

 

Je kunt bij het geven van instructie de volgende stappen aanhouden:

Voorbereiden

Beantwoord de volgende vragen:

 

Uitleggen

Zorg dat je uitleg bestaat uit de volgende onderdelen:

Voordoen

Doe het werk stap-voor-stap voor:

Nadoen

Doorloop deze fase als volgt:

Nabespreken

Bespreek:

Aanvullende instructie geven (indien nodig)

Mogelijkheden voor het geven van aanvullende instructie(s):