Thema

Sociale zekerheid en verzorgingsstaat in Nederland
Armoede is van alle tijden en dat geldt ook voor hulp. Al in de bijbel en de koran wordt er gehamerd op naastenliefde en het helpen van de behoeftigen. Armenzorg is eeuwenlang een zaak geweest van burgers onderling.
Tot het proces van industrialisering op gang komt. Stoommachines, mechanisering van de landbouw, de opkomst van de massaproductie in fabrieken, het gevolg was een snelle toename van het proletariaat en van armoede. Zo snel dat het particulier initiatief het niet meer kon bijbenen.

Langzaam wordt de rol van de overheid in de bestrijding van de armoede groter. Het gevolg is, in de tweede helft van de twintigste eeuw, een echte welvaartsstaat, een verzorgingsstaat, waar niemand meer in diepe armoede hoeft te leven. Wat er ook gebeurt, ziekte, werkloosheid, arbeidsongeschiktheid of ouderdom, er is een sociale voorziening of verzekering om op terug te vallen.
Dat het geen stilstaande situatie oplevert, is ook duidelijk. De verzorgingsstaat is voortdurend in ontwikkeling, ook al omdat telkens moet worden bepaald hoe een en ander moet worden betaald en door wie de kosten ervan moeten worden opgebracht. Het voorlopig laatste stadium van die ontwikkeling is al wel de participatiesamenleving genoemd.

In dit thema 8 opdrachten over het ontstaan van de sociale zekerheid.