Stap 2

De crisisjaren in Nederland
Nederland telde in 1930 op 7,8 miljoen mensen 100.000 werklozen (1 op de 78 Nederlanders). Zes jaar later, in 1936, telde Nederland 8,5 miljoen mensen en bijna 500.000 werklozen (1 op de 17 Nederlanders).

Als je alleen kijkt naar de beroepsbevolking (alle inwoners van 15-65 jaar die werken of willen werken) zijn de werkloosheidcijfers nog veel indrukwekkender: op het hoogtepunt van de crisisjaren, in 1936, is van alle vier Nederlandse arbeiders er één langer dan een jaar werkloos.

Als je de mensen die een tijdelijk (seizoens-)baantje hadden niet meetelt, kom je nog altijd uit op een werkloosheidscijfer van bijna 20%.

De economen van nu zijn het er niet helemaal over eens, maar volgens de meesten van hen heeft de crisis in Nederland langer geduurd dan nodig was.

De regering Colijn koos ervoor om de hand zoveel mogelijk op de knip te houden. De begroting moest sluitend zijn en aan de waarde van de Nederlandse gulden wilde Colijn lange tijd niet tornen. Het gevolg was bezuiniging na bezuiniging.

Hoe dan ook, de crisis werd na 1936 langzaam maar zeker weer minder.
Maar ook in de Tweede Wereldoorlog (1940-1945) telde Nederland nog steeds honderdduizenden werklozen. Pas ná de Tweede Wereldoorlog bloeit de Nederlandse economie daadwerkelijk weer op.

Vraag
In 2013 telde Nederland het hoogste aantal werklozen ooit: bijna 0,7 miljoen.
Tegelijkertijd zeggen we dat de werkloosheid in de crisisjaren veel erger was dan nu.

Beide beweren zijn juist.
Kun je dat uitleggen?