Les 1 Schoonmaken

Opdracht 1 planning:

Het kan prettig zijn om met schoonmaakschema’s te werken. Denk bij het opstellen van een schoonmaakschema aan de schoonmaakvaardigheden die gedaan moeten worden. Bedenk ook goed hoe vaak je iets wil schoonmaken. Daarnaast is het handig om te kijken wanneer en hoelang je welke schoonmaakvaardigheden doet zodat het realistisch blijft. Wat je bij planen doet, is kijken waar je nu staat en waar je naartoe wilt. Dan beoordeel je welke stapen je moet zetten om bij het einddoel te komen en hoeveel tijd elke stap kost. Daarna kijk je hoeveel tijd je beschikbaar hebt. De stappen verdeel je over de tijd.

Taak:

Maak voor 2 onderwerpen een planning, deze onderwerpen moeten over Interieur en Sanitair Schoonmaken gaan. Voor voorbeelden van een planning kun je in het boek kijken:

Zorg voor de huishouding hoofdstuk 2.5 Plannen van Huishoudelijke taken.

 

Werkwijze:

W: Maak een planning over 2 schoonmaakvaardigheden. Je mag deze opdracht gezamelijk of individueel uitvoeren.

H: Maak gebruik van Word en zorg ervoor dat dit in een tabel wordt gezet zodat het overzichtelijk is.  

H: Boek(Zorg voor huishouding), klasgenoot en Word.

T: n.v.t.

U: Overzichtelijke planning over 2 schoonmaakvaardigheden.

K: Ga verder naar de volgende opdracht.

 

Opdracht 2

Taak:

Benoem de voor -en nadelen van het maken van een planning. Noem er per twee 3 voordelen en 3 nadelen.

Werkwijze:

W: Voor-en nadelen van een planning

H: Bij deze opdracht kun je ook gebruik maken van Word.

H: Klasgenoot en Word.

T: n.v.t.

U: Overzicht van voor -en nadelen.

K: Ga naar de volgende opdracht.