Nadat het onderwijs is ontwikkeld gaan studenten ermee aan de slag. Dat kan in een collegezaal of werkgroep zijn, maar het onderwijs speelt zich ook steeds meer online af. Ook gedurende alle 'face-to-face' en online activiteiten zul je als docent moeten nadenken over de momenten en de manier waarop persoonsgegevens van jezelf, van studenten en van collega's hierbij een rol spelen. De vragen op deze pagina helpen je daarbij.
1. Maak je van extern lesmateriaal gebruik, inclusief software voor het monitoren van studenten?
Check dan of deze omgeving voldoet aan de privacy richtlijnen van jouw organisatie.
1. Kun je bij iedere werkvorm voor jezelf en de student een veilige omgeving waarborgen?
Zorg bijvoorbeeld dat persoonsgegevens (bijvoorbeeld foto/filmopnames, studieresultaten) niet buiten het klaslokaal gedeeld worden. En werk voor online werkvormen met software die voldoet aan de privacy richtlijnen van de organsiatie.
2. Wie heeft tijdens alle werkvormen toegang tot de persoonsgegevens?
Bepaal of deze persoon of partij de juiste maatregelen heeft getroffen om de privacy te waarborgen.
1. Maak je bij bepaalde werkvormen gebruik van software die door de organisatie is aangekocht?
Dan is er een 'verwerkersovereenkomst' en is de privacy gewaarborgd.
2. Wil je ook gebruik maken van software die niet door de organisatie is aangekocht?
Bepaal dan of deze software voldoet aan de privacy richtlijnen van jouw organisatie. En sluit een verwerkersovereenkomst af of laat hem afsluiten.
3. Welke invloed heb je over de privacy-instellingen van de te gebruiken software?
Zet alle instellingen altijd op de meest 'privacy-vriendelijke' stand.