onderdeel 4

Heel goed! Je weet nu wat werkwoorden zijn, het verschil tussen de stam en de ik-vorm en je kan werkwoorden in de tegenwoordige tijd vervoegen.

Door met het volgende onderdeel: werkwoorden vervoegen in de verleden tijd.

De persoonsvorm kan ook in de verleden tijd ingevuld worden in een zin.

In de verleden tijd hebben we twee mogelijkheden:

- sterke werkwoorden

- zwakke werkwoorden