Oriënteren

De fase van oriënteren

Wat ga je doen?

a. Je analyseert het praktijkprobleem.

b. Je formuleert een (voorlopige) onderzoeksvraag

c. Je zoekt geschikte bronnen voor literatuuronderzoek

 

Hoe ga je het doen?

a. Analyseren van het praktijkprobleem

Beschrijf de context van het praktijkonderzoek. Op wat voor school gaat het onderzoek uitgevoerd worden? Wat is de doelgroep van deze school? Wie zijn er betrokken bij het onderzoek? Wat is de huidige situatie op deze school, die voor jou een aanleiding vormt om je nader te verdiepen in het onderwerp van dit praktijkonderzoek? Wat is er ongewenst of niet optimaal aan de huidige situatie? Een veelgebruikte methode om het praktijkprobleem te beschrijven is de 5 x W + H methode van Migchelbrink (2008). Zie hiervoor hoofdstuk 3 van 'Praktijkonderzoek in de school' (Van der Donk en van Lanen, 2016). Formuleer het probleem zonder het belang van betrokkenen te schaden. Bespreek je plannen met betrokken leidinggevenden en collega's.

Maak een overzicht (woordveld) van de belangrijkste begrippen die te maken hebben met het praktijkprobleem. Zoek definities van deze begrippen op in relevante bronnen.

Beschrijf de doelstelling van het praktijkonderzoek: wat zou je graag zien als opbrengst van dit praktijkonderzoek? Meestal is het praktijkonderzoek binnen de opleiding PDG gericht op een kwalitatieve verbetering van de leeromgeving. Je wilt een een bijdrage leveren aan het onderwijs binnen jouw lessen en/of binnen jouw school, zodat het beter aansluit op het niveau of de leerbehoefte van de doelgroep, of zodat het beter aansluit op de wensen van het werkveld (nieuwe inhouden of nieuwe werkvormen), of zodat de docenten hun begeleiding beter kunnen afstemmen op de voortgang van de doelgroep.

b. Formuleren van een onderzoeksvraag

Start vanuit de doelstelling van het onderzoek: je wilt het onderwijs op jouw school verbeteren door een bepaald onderwijsaanbod te ontwerpen. Je weet echter nog niet precies hoe dit onderwijsaanbod eruit moet komen te zien. Die vraag vormt de basis van je praktijkonderzoek. Formuleer zo concreet mogelijk: 'Hoe kan onderwijsaanbod X ontworpen worden, zodat doelstelling Y bereikt wordt?'.

Het praktijkonderzoek moet afgebakend worden tot een haalbare opbrengst. Beperk het ontwerp dus tot een aantal lessen of lesgebonden activiteiten in een bepaalde periode, tot een aantal groepen, tot een aantal docenten.

Voorbeelden:

'Hoe kunnen spelvormen ingezet worden tijdens de lessen X aan klas Y om de motivatie van leerlingen te laten toenemen?'

'Hoe kan de keuzewerktijd aan klas X ingevuld worden, zodat de zelfstandigheid van leerlingen vergroot wordt?'

'Hoe kan de methodegebonden software gebruikt worden bij de lessen over onderwerp X, om de prestaties op de eindtoets te verbeteren?'

c. Selecteren van geschikte bronnen voor literatuuronderzoek

Bij het analyseren van het praktijkprobleem heb je een aantal kernbegrippen gevonden. Gebruik deze begrippen om literatuur te zoeken waarin informatie over deze begrippen gegeven wordt. Het is slim om gebruik te maken van de zogenaamde Booleaanse operatoren AND, OR en NOT. Hiermee kun je zoektermen combineren, op meerdere termen tegelijk zoeken of juist termen uitsluiten. Gebruik alleen betrouwbare bronnen.

Maak samenvattingen van gelezen bronnen, waarbij je bronverwijzingen geeft volgens APA-richtlijnen (zie kennisclips hieronder). Leg verbanden tussen bronnen en maak er één logisch verhaal van. Wat zeggen de bronnen al over jouw onderzoeksvraag, waarop je kunt voortbouwen in jouw praktijkonderzoek? Wat is er al ontdekt? Wat is er al ontworpen? Wat wordt er aangeraden vanuit eerder onderzoek?

Gebruik verschillende soorten bronnen:

- Vakliteratuur (boeken, artikelen in vakbladen) en onderzoeksrapporten. Je kunt dit soort bronnen opzoeken via

- Open access informatie vanuit (onderwijs)instellingen:

- Artikelen in kranten en tijdschriften (opinies).

- Informerende websites.

- Bovenschoolse en/of landelijke beleidsdocumenten (overheidsinformatie)

- Schoolgebonden documenten (beleidsstukken, documenten voor interne communicatie en website-informatie)

- Les- en leerlingmateriaal

Tip: Tijdens het LiteratUurtje in de mediatheek van Museumpark (ma en do tussen 10:00 en 12:00) kunnen studenten en medewerkers bij de mediatheken terecht met vragen over het omgaan met (informatie)bronnen.

 

De Studiecentra HAN hebben twee kennisclips gemaakt over de APA-richtlijnen voor het vermelden van bronnen.

Kennisclip over APA richtlijnen voor bronverwijzingen in tekst https://youtu.be/F-g0RXfMbMY

Kennisclip over APA-richtlijnen voor bronvermelding in een literatuurlijst https://youtu.be/L6UN9JcZds0