Open, als dat nodig is, het Excelbestand Procenten.xlsx. Zorg dat blad ‘Bestedingspatroon’ voor staat.
Op het werkblad staat een tabel met de uitgaven van een gezin. Het gezin geeft 25% van de inkomsten uit aan ‘Wonen’.
> Selecteer cel B4. Welk getal staat in B4?
> Selecteer cel C4. Welke formule staat in deze cel?
Het gezin geeft 22% van de inkomsten uit aan ‘Kleding’.
> Vul in cel B5 het getal 0,22 in. Er komt 22% te staan.
> Kopieer de formule uit cel C4 naar cel C5. Welke formule staat nu in C5? Wat is de uitkomst van de formule? Kun je nu uitleggen waarom de ‘$’-tekens zijn gebruikt in de formule in cel C4?
De uitgaven aan ‘Voeding’ zijn 28%, aan de ‘Auto’ 5% en de rest gaat op aan ‘Overigen’. Vul de tabel verder in.
Je kunt bij de tabel een cirkeldiagram maken.
> Selecteer de cellen A4 tot en met B8.
> Selecteer bovenaan in het menu ‘INVOEGEN’ en voeg een cirkeldiagram in.
> Geef het cirkeldiagram een titel.
> Zorg dat het cirkeldiagram er zo uit ziet als hiernaast.
> Sla het Excelbestand op.
> Maak nu eenzelfde soort cirkeldiagram bij de antwoorden die gegeven zijn op jullie vraag.