Agenda en regels

Hier kun je meer lezen over:

 
Planning van de examens
  Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 4

2017-2018

     

KE-4: EKPR
KE-3: RVFT
VE-1: SPVH
B1- K1

 

2018-2019

Rekenen (alg) 2F

 

 

 

 

 

Rekenen (alg) 3F
Engels A2/B1

 

 

 

KE-1: EKBA
KE-2: EKBE
B1- K2
B1- K3(n3)
Dossier L-en-L
Portfolio

 

2019-2020

 

KE-5: KBE
KE-7: KBA
B1-K3 (n4)
Ned 3F

  P2-K1
KE-9: FK
Afronding BPV
Criterium gericht interview

 

In het examenreglement staan de regels van het Da Vinci College die gelden voor de examinering. Voor de centrale examens(CE) gelden aanvullende regels. Deze zijn terug te vinden in het handboek CE dat is in te zien bij de examencommissie.

 

Een overzicht van de examen instrumenten
Hieronder staat een overzicht van de exameninstrumenten die binnen het Da Vinci College worden ingezet. Niet alle instrumenten komen in het examenprogramma van jouw opleiding aan bod.

Proeve van Bekwaamheid (PvB)
Een Proeve van Bekwaamheid bestaat uit een aantal praktijkopdrachten die worden geëxamineerd in de beroepspraktijk. Als student toon je aan dat je de werkprocessen beheerst die in de Proeve van Bekwaamheid aan bod komen.

Praktijkopdracht/vaardigheidsexamen
Een praktijkopdracht heeft dezelfde kenmerken als een Proeve van Bekwaamheid maar heeft een kleiner bereik. Het gaat daarbij om een beperkt aantal werkprocessen. Net zoals bij een Proeve van Bekwaamheid voer je een praktijkopdracht uit in een werksituatie uitde praktijk.

Examenproject
Een examenproject is een alternatief voor een Proeve van Bekwaamheid. Een examenproject bestaat uit een aantal opdrachten die op school worden uitgevoerd in een gesimuleerde beroepsomgeving.

Portfoliobeoordeling
Een portfolio bestaat uit een verzameling bewijsstukken waarmee jij aantoont aan welke opdrachten je hebt gewerkt en wat daar de resultaten van zijn. De opdrachten hebben altijd te maken met de werkprocessen uit het kwalificatiedossier.

Theorie examen
Bij een theorie examen gaat het om het beoordelen van vakkennis of vaardigheden die kenmerkend zijn voor het beroep en onvoldoende aan bod komen in een Proeve van Bekwaamheid, praktijkopdracht of een examenproject. Een theorie examen kan schriftelijk, mondeling of digitaal vai de computer worden afgenomen.

Reflectiegesprek
In een reflectiegesprek staat de 'waarom' vraag centraal. Je reflecteert op jouw handelen door een toelichting te geven op de wijze waarop jij een praktijkopdracht hebt uitgevoerd. Het gaat dan om de keuzes die je gemaakt hebt.

Criteriumgericht interview (CGI)
In een criteriumgericht inteview staat de 'hoe' vraag centraal. Je bespreek dan een beroepssituatie en geef je aan hoe jij in die situatie gehandeld hebt. Bij een criteriumgericht interview krijg je vragen over jouw handelen zoals: wat deed je precies, wat was jouw aandeel of hoe reageerde je?

Centraal Ontwikkelde Examen (CE)
Centraal ontwikkelde examens zijn examens die landelijk worden afgenomen onder alle mbo studenten. Er zijn centraal ontwikkelde examens voor rekenen en Nederlands. Bij rekenen gaat het om alle vaardigheden. Bij Nederlands worden twee van de vijf vaardigheden (lezen en luisteren) centraal geëxamineerd. De andere vaardigheden worden via een instellingsexamen geëxamineerd.

Het College voor Examens is verantwoordelijk voor de Centraal Ontwikkelde Examens. De afname ligt in handen van het Cito.

Instellingsexamen
Een instellingsexamen is een examen waarvoor het Da Vinci College verantwoordelijk is. Bij instellingsexamens gaat het met name om examens voor Nederlands. De vaardigheden spreken, gespreken voeren en schrijven worden altijd afgenomen via een instellingsexamen.

 

Aangepaste examens
Aanvragen t.b.v. aanpassingen voor gehandicapten tijdens examens kunnen schriftelijk worden ingediend bij de examencommissie. Bij de aanvraag moet worden aangetoond dat de handicap door een deskundige is vastgesteld. Op basis van de diagnose van de deskundige worden de nodige aanpassingen toegekend. Het examenbureau zorgt voor de aanpassingen.

Verwerking Summatieve Resultaten
Summateive resultaten worden pas definitief verwerkt als het formatieve opleidingsdeel in voldoende mate is afgerond. Ook vrijstellingen kunnen bepalend zijn voor het voldoende afronden van het formatieve deel.