Stap 1 - Gesteenten uit de diepte

vloeibare magma

Bewegende aardkorst

De aardkorst bestaat uit vaste gesteenten. Daaronder bevindt zich de mantel die uit gesmolten gesteente bestaat, het dikke, vloeibare magma (zie de afbeelding).

Bekijk de video.



Zoek op in de Grote Bosatlas of Alcarta een kaart met de dwarsdoorsnede langs de evenaar, bijvoorbeeld:

Hotspots

Het zijn de convectiestromen in de aardmantel die de beweging van de aardplaten veroorzaken. De bovenstaande video laat mooi zien dat smeltende aardschollen op hun beurt vulkanische uitbarstingen teweegbrengen.
Vulkanisme ontstaat ook ver verwijderd van enige plaatgrens. Als opstijgende convectiestromen van magma tegen de onderkant van de aardkorst drukken, kunnen door deze druk barsten in de aardkorst ontstaan waar magma naar het aardoppervlak kan doordringen. Het zijn de zogenaamde hotspots.

Gestold magma

Kijk naar deze video.
igneous – door stolling ontstaan
metamorphic – van gedaante veranderend

Als magma stolt, ontstaat stollingsgesteente. Daarin zijn twee soorten te onderscheiden: basalt en graniet.
Hoe dat in zijn werk gaat en hoe je die twee soorten uit elkaar kunt houden, lees je in de volgende webteksten (van beide alleen de eerste twee paragrafen):

Graniet en basalt

Het graniet blijft in de aardkorst zitten, net als een deel van het basalt.
Dit basalt verdwijnt door subductie in de mantel, samen met de plaat waar het in zit. Dan smelt het tot magma en wordt het opgenomen in convectiestromen in de mantel. Een deel ervan komt weer in de aardkorst terecht, zoals beschreven in deze stap.