Zusammen mit einem Mitschüler planst du ein Wochenende und besprichst du die verschiedenen Möglichkeiten.
Macht eine Liste mit drei möglichen Zielen. Orientiert euch auf den Websites :
B
Besprecht auf Deutsch, wohin ihr am liebsten wollt und warum.
Bespreek met je medeleerling welke van de genoemde activiteiten in aanmerking komt en waarom. Zorg er voor dat je aan je klasgenoten kunt vertellen waar jullie keuze opgevallen is en waarom.
Denk hier aan:
reiskosten,
reistijd,
entreeprijzen,
mogelijkheden voor een lunchpauze,
keuze aan activiteiten.
Evaluatie Je hebt het goed gedaan als:
je een klein aantal woorden en eenvoudige vaste uitdrukkingen over persoonlijke details en bepaalde concrete situaties hebt kunnen gebruiken;
je een klein aantal eenvoudige grammaticale constructies en uit het hoofd geleerde uitdrukkingen hebt kunnen gebruiken;
je vragen hebt kunnen stellen en beantwoorden over persoonlijke details;
je korte uitingen hebt gebruikt, voornamelijk standaarduitdrukkingen, waarbij je veel pauzes hebt mogen gebruiken;
je de woorden 'en' of 'dan' hebt kunnen gebruiken;
je gesprekspartner jouw uitspraak met enige moeite heeft kunnen verstaan.