Paragraaf 2 - Immigranten in Nederland

Leerdoelen paragraaf 2 - Immigranten in Nederland

Je moet weten:

Immigratie in Nederland

Bij immigratie vestigen mensen zich in een bepaald land. Pas sinds 1965 komen er veel immigranten naar Nederland. Sinds die tijd komen er meer mensen Nederland binnen dan dat er vertrekken. Daarvoor was Nederland vooral een emigratieland.

 

Groepen immigranten

Wanneer je inzoomt op de totale groep immigranten kun je drie groepen onderscheiden.

Rond 1965 was er in Nederland veel werk. De banen lagen voor het opscheppen, maar er waren te weinig arbeiders. Bedrijven zochten vooral mensen voor zwaar en vies werk. Werk waarvoor je geen opleiding nodig had. Daarom haalden bedrijven veel mensen uit Turkije en Marokko om hier ongeschoold werk te doen. Deze eerste groep immigranten werden gastarbeiders genoemd. De migranten die nu voor werk naar Nederland mogen komen, zijn juist vaak hoog opgeleid. (Zie figuur 3)

 

Figuur 3

 

De tweede groep is er een die te maken heeft met de geschiedenis van Nederland. Suriname en de Antillen waren koloniƫn van Nederland. Surinamers en de Antillianen hadden een Nederlands paspoort. Daarmee konden ze naar Nederland komen om te studeren en te werken. Voor Surinamers kan dat niet meer. Suriname is al sinds 1975 een zelfstandig land. Maar de Antillen horen nog steeds bij Nederland.

De derde groep immigranten zijn de vluchtelingen. Vooral tussen 1990 en 2000 mochten duizenden vluchtelingen in Nederland blijven. Na 2000 is het aantal asielzoekers in Nederland sterk verminderd. Het is nu moeilijker om in Nederland te blijven dan vroeger. Mensen die uit hun land gevlucht zijn omdat ze daar niet veilig waren mogen wel blijven.

Als je in Nederland mag blijven krijg je een zogenaamde verblijfsvergunning. Mensen die komen in de hoop op werk en welvaart noem je economische vluchtelingen. Zij krijgen geen verblijfsvergunning.