In blok 3 leerden we drie tekststructuren te herkennen, te weten:
Probleem - oplossingstructuur
Verklaringstructuur
Vraag - antwoordstructuur
We leren er nu vier bij:
Argumentatiestructuur
- Inleiding: standpunt
- Middenstuk: argumenten (voor en tegen met weerlegging) voor je standpunt
- Slot: herhaling standpunt
Bij een betoog gebruik je vaak een argumentatiestructuur.
Aspectenstructuur
- Inleiding: aankondiging onderwerp
- Kern: diverse aspecten van een onderwerp
- Slot: samenvatting
Bij een uiteenzetting gebruik je vaak een aspectenstructuur.
Voor- en nadelenstructuur
- Inleiding: vraag
- Middenstuk: voor- en nadelen
- Slot: eindconclusie
Verleden/heden/toekomststructuur
- Inleiding: introductie onderwerp
- Middenstuk: situatie vroeger, situatie nu
- Slot: toekomstverwachting
Bij het schrijven van een beschouwing gebruik je vaak een verleden/heden/toekomststructuur.
Oefeningen:
Oefening 1: CambiumNed
Oefening 2: CambiumNed
Oefening 3: Eenvoudige oefeningen tekststructuur
Uitleg in een filmpje