Bestudeer de theorie van de beknopte bijzin uit de Kennisbank.
KB: Beknopte bijzin
Een beknopte bijzin is een bijzin zonder onderwerp, persoonsvorm en gezegde. Bijvoorbeeld:
Het onderwerp in de eerste zin (bijzin) moet hetzelfde zijn als dat van de hoofdzin. In het bovengenoemde voorbeeld is dit zo:
De kenmerken van een beknopte bijzin zijn:
In plaats van onderwerp en persoonsvorm staat in de beknopte bijzin:
> te + infinitief
> te + infinitief + voltooid deelwoord
> een voltooid deelwoord
> een onvoltooid deelwoord
Als het onderwerp in de hoofdzin niet overeenkomt met het denkbeeldige onderwerp in de bijzin, spreken we van een foutieve beknopte bijzin. Voorbeelden hiervan zijn:
1. Na koffie gedronken te hebben, reed de bus verder.
=> Hier staat letterlijk: Nadat de bus koffie gedronken had ...
Maak nu de onderstaande oefeningen.
Eindproduct
Deze opdracht sluit je af met een toets voor medeleerlingen.
Je maakt met een medeleerling een toets over de behandelde stof.
Jullie bedenken 8 zinnen waarin zowel goede als foute beknopte bijzinnen staan. Laat de toets maken door een aantal medeleerlingen (Overleg met je docent.). En kijk de antwoorden na.
Het eindproduct wordt beoordeeld door je docent.
Bij de beoordeling let je docent op: