De Duitse bond ontstond op het Congres van Wenen in 1815. Het was een federale statenbond van een 40tal Duitse staten. De staten bleven volledig autonoom. In eerste instantie ging het om een militair bondgenootschap ,dat in actie kon komen bij een dreiging van buitenaf. Belangrijkste staten waren Pruisen en Oostenrijk. Oostenrijk was ook voorzitter van de Duitse bond.
Vanaf 1862 ontstaat er een drang naar meer samenwerking en eenheid tussen de staten onder invloed van de Pruisische eerste minister Otto von Bismarck. Doel was een nieuwe Duitse bond, één Duits rijk onder Pruisisch gezag. Binnen de Duitse bond kwam er oppositie van Oostenrijk -dat zelf aan het hoofd wou komen - , buiten de Duitse bond vooral van Frankrijk. De oppositie resulteerde in een aantal oorlogen
Pruisen- Oostenrijk: (1866): Pruisen wint, Oostenrijk wordt als leider van de eenmaking uitgeschakeld. Pruisen wordt de onbetwiste leider binnen Duitse bond, Oostenrijk gaat uit de Duitse bond.
Frans – Pruisische oorlog (1870 –1871) Frankrijk had ernstige bedenkingen bij een “Duitse eenmaking”. Een eengemaakt Duitsland zou o.a. op militair, maar ook op economisch vlak een geduchte concurrentie worden voor de Franse machtspositie op het Europese vasteland. In Spanje maakte bovendien een “Pruisische prins” kans om de vrijgekomen Spaanse troon te bestijgen.
Bismarck - die al de steun genoot van de Noord-Duitse staten - provoceerde Frankrijk tot een oorlog. De Franse oorlogsverklaring stimuleerde het "Duitse nationalisme" Pruisen kreeg nu ook de steun van de Zuid-Duitse staten. Pruisen en de andere staten wonnen de oorlog.
Frankrijk moest het economisch welvarende grensgebied Elzas-Lotharingen afstaan en kreeg zware herstelbetalingen opgelegd. De Duitse eenmaking werd officieel bekrachtigd door een ceremonie in de spiegelzaal van het Paleis van Versailles.
Vanaf 1871: één Duits Keizerrijk met Pruisische koning Wilhelm I als keizer.
Conclusie: Frans nationalisme leidt tot gevoel van revanchisme t.o.v. Duitsland! Verlies grondgebied en eergevoel!
Vanaf 1888 wordt Wilhelm II keizer. Zijn visie: Duitsland = machtigste Europese rijk. Bismarck wordt in 1890 ontslagen omwille van zijn “gematigde” politiek. (te diplomatisch!). Wilhelm II kiest voor Weltpolitik / imperialisme volgens de leuze
“wereldpolitiek als opdracht, wereldmacht als doel en een Duitse vloot als werktuig”
L’ingordo: de veelvraat / Trop Dur: te hardµ
Cartoonist: Italiaan Eugenio Colmo, aka Golia. De tekening werd vooral populair omdat ze in Frankrijk als postkaart werd verspreid.
De Duitse Weltpolitik past binnen het Imperialisme, het streven van een staat naar uitbreiding van zijn macht over andere staten of gebieden, uit economische motieven (goedkope grondstoffen / werkkrachten / afzetmarkten / strategische routes en havens), politieke motieven (vergroten macht t.o.v. ander imperialistische staten) of nationalisme (superioriteit van het eigen volk / de eigen natie, theorie van het sociaal-darwinisme)
Het moderne imperialisme in de 19de eeuw zorgt voor spanningen tussen de Europese grootmachten, niet enkel in Europa zelf (zie Balkan: kruitvat van Europa! / havens Adriatische kust / Middellandse zee), maar ook in Afrika (zie deel Imperialisme). Door de toenemende expansiedrang komen ze steeds meer in contact en “het recht om een gebied te claimen” zorgt vaak voor verwarring.
In 1884/85 vindt - opnieuw op initiatief van Bismarck -de Conferentie van Berlijn plaats, waar 15 Europese staten en de VS afspraken maken over de verdere “verdeling van Afrika”. Aan het begin van WO I is Afrika vrijwel volledig in Europese handen.