Import- en exportquote

Nederland is een echt handelsland. Van elke euro die wordt uitgegeven gaat er ruim 70% naar het buitenland, en van elke euro die er wordt verdiend komt er ruim 70% uit het buitenland. We zijn dus erg afhankelijk van het buitenland.

Deze percentages geven aan dat Nederland een open economie heeft; er wordt veel handel gedreven met het buitenland. Hoe hoger het perecentage hoe meer open de economie is.

Berekening van de import- en exportquote

De formule voor het berekenen van de import- en exportquote is er één die we vaker gebruiken met economie:

Het deel is de waarde van de import of de export, en het geheel is het nationaal inkomen. Het nationaal inkomen is het inkomen van alle inwoners samen. Op deze manier bereken je dus welk deel van het nationaal inkomen wordt verdiend met de export (de exportquote), of welk deel van het nationaal inkomen wordt gebruikt voor de import (importquote).
De formules worden dan:

waarde import / nationaal inkomen x100% = importquote
waarde export / nationaal inkomen x100% = exportquote

 

Een importquote van 70% betekent dat we van elke euro die we uitgeven 70 cent uitgeven aan een product of dienst die uit het buitenland komt. Anders gezegd: 70% van onze behoefte vervullen we met goederen en diensten uit het buitenland.

Een exportquote van 80% betekent dat we van elke euro die we verdienen, we 80 cent hebben verdiend met het verkopen van goederen en diensten aan het buitenland. Anders gezegd: 80% van ond inkomen wordt gevormd door de vraag die er vanuit het buitenland is naar onze goederen en diensten. (zonder deze vraag zouden we dus een heel stuk minder inkomen hebben)