Om de nieuwe kennis te kunnen begrijpen, zijn er aantal dingen die je al moet kennen en kunnen. De belangrijkste zijn de eenheden van inhoud, de inhoud van een balk of kubus en de oppervlakte van een cirkel en driehoek. Ik raad je aan de onderstaande samenvatting nog even door te lezen voordat je doorgaat met de nieuwe uitleg. |
Eenheden van inhoud
Wat moet je kunnen?
-Je kent het schema van de inhoudsmaten uit je hoofd.
-Je kunt inhoudsmaten omrekenen (met behulp van het schema).
Om te kunnen werken met inhouden en het berekenen daarvan is het belangrijk dat je de eenheden van inhoud goed kent. Eenheden geven samen met het getal aan hoe groot een figuur is. Een figuur met een inhoud van 1 kubieke meter is namelijk groter dan een figuur met een inhoud van 1 kubieke centimeter.
Extra oefenen?
Klik hier om te oefenen met het omrekenen van inhoudsmaten
Inhoud van een balk en kubus
In de vorige paragraaf heb je geleerd hoe je de inhoud van een balk en een kubus moet berekenen. Ken je de formules nog?
Wat moet je kunnen?
-Je kent de formules voor het berekenen van de inhoud van een kubus en een balk.
-Je kunt de inhoud berekenen van een balk en een kubus.
Extra oefenen?
Klik op het onderstaande filmpje om hem te bekijken of kijk hem via de link ( https://www.youtube.com/watch?v=nAmeQRSDd9Q )
In het filmpje wordt uitgelegd hoe het ook alweer zit met de inhoud van een kubus en een balk.
Oppervlakte van een cirkel
Wat moet je kunnen?
-Je kunt de oppervlakte van een cirkel berekenen, als de diameter of de straal is gegeven.
Je verwacht het misschien niet, maar voor het berekenen van inhoud is het belangrijk dat je weet hoe je de oppervlakte van een cirkel kunt berekenen. Omdat het al weer even geleden is dat we dat hebben gedaan staat hieronder een voorbeeld met uitwerking.
Het is het favoriete eten van heel veel mensen: pizza. Bijna iedereen heeft wel eens een pizza gegeten. De meeste pizza's zijn rond en hebben de vorm van, je raadt het al, een cirkel. Daar kunnen we iets wiskundigs mee gaan doen, namelijk het berekenen van de oppervlakte. Altijd al benieuwd geweest hoeveel vierkante centimer pizza je binnenkrijgt door één pizza te eten? Let dan goed op.
Allereerst is het belangrijk dat we een aantal gegevens hebben. Daarvoor maak ik een schets van de pizza (plaatje rechts). De diameter van een gemiddelde pizza is 25 cm. Dat betekent dat de straal van de pizza 12,5 cm is. De formule van de oppervlakte van een cirkel is als volgt:
oppervlakte cirkel = x straal x straal
We weten dat de straal van de pizza 12,5 cm is. Dat gaan we invullen in de formule om de oppervlakte te berekenen:
oppervlakte pizza = x 12,5 x 12,5 = 491 cm2
De oppervlakte van de pizza is (afgerond op een geheel getal) 491 kubieke centimeter.
Extra oefenen?
Klik hier om extra te oefenen met de oppervlakte van een cirkel
Oppervlakte driehoek
Ook de oppervlakte van een driehoek is belangrijk om te weten voor het berekenen van inhoud. Die oppervlakte bereken je met behulp van één zijde en de daarbij behorende hoogte.
De formule voor het berekenen van de oppervlakte van een driehoek is:
Oppervlakte driehoek = x zijde x hoogte
Heb je al deze theorie doorgenomen en onder de knie? Dan ben je nu klaar voor het volgende onderdeel, de nieuwe uitleg. Klik op 'volgende' om verder te gaan. |