Opdracht 4:
Kopieer het schema naar je Word-document en geef een uitleg van de begrippen.
Vikingen | |
Stadsrechten | |
Poorters | |
Schepenen | |
Schout | |
Schepenenbank | |
Gilden | |
Gildebrief | |
Meesterproef |
Opdracht 5:
Noteer de antwoorden van de vragen in je Word-document.
a. Waarom begonnen de inwoners van de dorpen hun nederzetting te versterken?
b. De macht van de heer in zijn gebiedis erg groot, maar niet binnen de steden. Hoe komt dit?
c. Wat zijn de afspraken van het stadsrechten?
d. Hoe werd het bestuur van een stad geregeld? Gebruik in je antwoord de volgende woorden: schepenen, schout en schepenbank.
e. Wat zijn de taken van de schepenen, schout en schepenbank?
f. Hoe zorgde de ambachtslieden ervoor dat de handel in de stad eerlijk en goed verliep? Gebruik in je antwoord de volgende woorden: gilden, gildenbrief en meesterproef
g. Hoe kon je lid worden van een gilde?