Veeteelt in Egypte
Door het ontstaan van de landbouw vestigden de mensen zich blijvend in één gebied. Ze hoefden niet meer verder te trekken. De landbouw zorgde het hele jaar door namelijk voor genoeg eten. Hierdoor gingen er veel mensen dicht bij landbouwgrond wonen en ontstonden de eerste dorpen. Het leven van de mensen in een dorp was anders dan het leven van de mensen toen ze nog rondtrokken. Dit is de verandering van de samenleving van de jagers en verzamelaars naar de landbouwsamenleving.
De nomaden hadden gewoond in hutjes en grotten die ze tegenkwamen. De boeren konden een steviger huis bouwen. Nu ze op één plek bleven wonen, konden ze ook meer spullen hebben. Ze hoefden de spullen niet mee te nemen op reis, maar konden ze in huis bewaren. Zo ontstond het bezit. Bij bezit kun je denken aan potten van gebakken klei waarin mensen eten bewaarden, maar ook dieren of land kunnen behoren tot je bezit.
In de samenleving van de jagers en verzamelaars gingen alle mannen samen op jacht en alle vrouwen verzamelden samen noten en eetbare planten. De opbrengst deelden ze met de hele groep. Nu de mensen boer werden, hadden ze hun eigen stukje akker en hielden ze hun eigen dieren. Hierdoor ontstonden er verschillen tussen de mensen. Sommige mensen hadden meer grond of dieren dan anderen. Niet iedereen was meer gelijk, de één had meer bezit dan de ander.
In sommige dorpen hadden de boeren meer eten dan ze op konden. Een boer met veel land oogstte wel twee keer zoveel graan als zijn gezin op kon eten. Maar wat moesten ze met al dat extra eten? Sommige mensen besloten om geen boer te zijn, maar een ander beroep te kiezen. Ze werden bijvoorbeeld timmerman of beeldhouwer. Dit werden ambachtslieden genoemd. Timmeren of beeldhouwen zijn namelijk voorbeelden van ambachten. Een ambacht is een beroep waarbij een handwerker met gereedschap een eindproduct maakt. Deze ambachtslieden moesten natuurlijk nog steeds eten. Ze ruilden daarom hun zelfgemaakte spullen voor eten. Een timmerman ruilde bijvoorbeeld een stoel voor graan met een boer. Zo ontstonden er nieuwe beroepen. En iedereen had nog steeds genoeg eten.