schrijfopdracht 4: betoog of beschouwing

 

De opdracht:

Doe onderzoek naar een onderwerp dat jij interessant vindt. Je mag vast een oriëntatieonderzoek doen naar je eindwerkstuk. Verzamel en bewaar alle stappen die je zet.  Naar aanleiding van je onderzoek, je overwegingen, je ideeën en je inzichten schrijf je een beschouwend of betogend stuk van minimaal 750 woorden. Je verwerkt hier achtergrondinformatie in met een goede bronverwijzing.

Stappenplan:

  1. Oriënteer je: praat met mensen om je heen. Lees tijdschriften of boeken over mogelijke onderwerpen. Zoek op internet en maak een keus. Maak een woordweb en voeg dit toe.
     

  2. Maak een schrijfplan, zie blz. 306 van je boek.

 

Formuleer je hoofdgedachte of vraagstelling als dit al lukt. Je mag altijd veranderen of bijschaven tijdens het schrijven. Bedenk welk doel je wil bereiken met je tekst. Wil je de lezer aan het denken zetten of wil je ze overtuigen?  Kies je publiek. Welke lezers hebben belangstelling voor wat jij te vertellen hebt? Onderzoek in welke deelonderwerpen jouw hoofdgedachte of vraagstelling goed uitgelegd kan worden. Houd hierbij rekening met je publiek, voor het ene publiek moet je meer uitleggen dan voor het andere. Kies een tekstvorm die past bij je onderwerp.

 

  1. Ga op zoek naar  minimaal 2 goede artikel als bron. Verwerk dit in je artikel door ernaar te verwijzen. ( bijvoorbeeld: uit onderzoek dat beschreven is in de Volkskrant op 15 januari 2017 blijkt dat steeds meer veehouders stoppen met hun bedrijf ( K. Jansen, 2017)

 

  1. Schrijf een eerste versie van je betoog of beschouwing en let meteen op een juiste indeling van de tekst, goede overgangen van de ene naar de andere alinea en signaalwoorden.  Zorg ook dat je de bronnen aan het eind van de tekst vermeldt.

 

  1. Laat je tekst nakijken/ kijk de tekst van de ander na:

 

    1. verbeter spelfouten

    2. controleer de zinsbouw

    3. controleer de opbouw van de tekst

    4. wordt er gebruik gemaakt van signaalwoorden?

    5. is de inhoud/boodschap van de tekst duidelijk voor jou? Geef aan waarom wel/niet.

    6. In de tekst geef je mogelijke veranderingen aan, die arceer je geel zodat zichtbaar is wat je verbeterd hebt, wat je niet begrijpt (zet dat erbij, stel vragen)

    7. Als je de tekst hebt gelezen en van opbouwende kritiek hebt voorzien, geef je wat tips en tops en geef je aan wat je van het lezen van de tekst geleerd hebt.

 

  1. Herschrijf je tekst.

 

  1. Lever alle stappen in een mapje in.


 

Eisen van inleveren:



 

Schrijven: 11 havo: zie H3,4 en 6 boek voor oefeningen en uitleg.

 

Les 1

Stappenplan

Tekststructuur

Brainstorm/uitleg


 

Theorie:

[15 – 21]

[48]

[135]

Les 2

Inleiding kern en slot: opbouw;

Soorten teksten/tekstdoelen: betoog of beschouwing

Onderwerp en hoofdgedachte

Brainstormen/ eerste opzet

[1] [2]

[10] [11]

Les 3

Informatie zoeken, opzet maken

Signaalwoorden en tekstverbanden

[137] [150]

[25] [26]

Les 4

Inleveren proefversie en samen beoordelen

[51]

Les 5

Definitieve versie inleveren.

 
     

 

opdracht betoog/beschouwing

feedbackformulier betoog/beschouwing