Voor deze eindopdracht moet je een aantal dingen doen. De eindopdracht heeft alles te maken met de woordenschat en de grammatica van dit hoofdstuk. Deze keer geen Powerpoint, maar gewoon op papier, zoals het "vroeger" gedaan werd.
Wat moet je doen?
Je geeft binnenkort een feest omdat je jarig bent, of omdat je geslaagd bent of je verzint een andere reden waarom je een feest geeft en daarvoor moet je boodschappen doen, een uitnodiging maken en een verlanglijstje maken. Je opdracht bestaat dan ook uit drie onderdelen:
1. Denk na over de boodschappen die je nodig hebt. Schrijf een boodschappenlijst (uiteraard in het Duits) en vermeld daarbij ook de aantallen. (Jij bepaalt voor hoeveel mensen je het feest geeft)
2. Maak een uitnodiging die je per post naar de genodigden stuurt. In de uitnodiging moet duidelijk worden:
a. waarom je een feest organiseert
b. wanneer je het feest geeft
c. waar je het feest organiseert
d. hoe laat het begint
e. hoe laat het afgelopen is
f. wat de gasten mee moeten nemen
g. wat voor activiteiten op het feest plaatsvinden
h. dat je graag wilt weten of je gasten komen.
i. van wie de uitnodiging komt
3. Maak een verlanglijstje van tenminste 10 cadeaus, omdat je gasten iets willen meebrengen. Bedenk daarbij dat je gasten leeftijdsgenoten zijn die niet veel geld hebben. Je verlanglijstje bestaat naast de in het Duits geschreven cadeaus ook uit een afbeelding van datgene je graag wilt hebben.
Je complete set van deze drie onderdelen wordt beoordeeld op:
1. Creativiteit en originaliteit.
2. Het gebruik van Duits. (werkwoordsvervoegingen, hoofdletters, leesbaarheid, juiste schrijfwijze)
Wees dus kritisch op je eindproduct. Je weet inmiddels al heel veel en pas dit toe.
TIP: de woordvolgorde in Duitse zinnen is hetzelfde als in Nederlandse zinnen.
Bewaar je project totdat we weer naar school gaan.