Nu we de meter met zijn elektroden kennen, moeten we eerst nog even terugkomen op de bepaling van het e.p.
De manier waarop we dit doen geldt voor alle drie titratietypen. We gaan als volgt te werk.
Bij een potentiometrische titratie meten we na iedere toevoeging van de titrant de potentiaal. Je voegt zoveel titrant toe, dat de spanning telkens met even grote stappen stijgt of daalt. Vaak is dit 10, 20 of 50 mV. Denk er wel aan, dat je ver genoeg door titreert. Zie hiervoor het voorschrift!!!!!!
Om het verloop van de titratie goed te kunnen zien, zetten we de gemeten waarden uit in een grafiek.
Het equivalentiepunt kunnen we bepalen via het computerprogramma "Curtipot"