Je gaat nu beginnen aan een grotere opdracht, hiervoor krijg je een cijfer. Je gaat een begroting maken (een overzicht maken van uitgaven) over dingen die je wil doen in de vakantie. Je hebt 1500.- om uit te geven in 5 dagen voor 2 personen, dus daar moet je je aan houden. Je mag zelf kiezen waar je naar toe gaat, hoe je er naar toe gaat, waar je overnacht, welke activiteiten je daar wil doen etc.
Je gaat werken in tweetallen.
Dus wat ga je doen?
- Maak een tweetal
- Kies een bestemming waar je naar toe wil
- Kies een datum wanneer je weg gaat
- Hoe ga je er heen? Hoe veel kost dat? (zoek bijvoorbeeld vliegtickets)
- Waar verblijf je? Hoeveel kost dat? (Zoek een hotel of airbnb
- Wat ga je per dag doen? Hoeveel kosten de activiteiten?
- Is het totaal bedrag binnen de 1500.-? Super!
Zo niet, moet je je begroting even aanpassen
Een paar linkjes waar je kunt zoeken voor vliegtickets en overnachtingen.