Paragraaf 1: Economische crisis

Leerdoelen:

 

Lees de tekst:
 
De periode tussen de twee Wereldoorlogen heet het interbellum. Het woord interbellum komt van twee Latijnse woorden: Inter (dat betekent tussen) en Bellum (dat betekent oorlog). Als je deze twee woorden samenvoegt, staat er dus tussenoorlog. Oftewel het interbellum is de tijd tussen twee oorlogen. Tijdens het interbellum is er heel veel gebeurd. Deze gebeurtenissen zijn allemaal oorzaken van de Tweede Wereldoorlog. Een van deze oorzaken is de economische crisis in de jaren dertig en de gevolgen hiervan.
In de jaren '30 kwam er wereldwijd een economische crisis. Dit is de ergste economische crisis die de wereld heeft meegemaakt.  De economische crisis begon op donderdag 24 oktober 1929. Dit wordt ook wel "Black Thursday" genoemd, want het was een zwarte dag voor de Verenigde Staten. In de VS vond de beurskrach plaats op deze Black Thursday. Dit betekent dat de waarde van de aandelen die Amerikanen via de beurs konden kopen enorm snel daalden.
 
Hoe kwam de beurskrach tot stand?
Tot 1929 ging het heel goed in Amerika, er werd veel geld verdiend, geld was in overvloed en aandelen stegen snel in waarde. Veel Amerikanen begonnen te twijfelen aan hoe land Amerika dit nog kon vol houden. Omdat de aandelen heel veel geld waren besloten veel mensen in dat jaar hun aandelen te verkopen, zodat zij dat geld weer op zak hadden. Normaal gesproken is het niet heel erg als mensen hun aandelen verkopen, maar in oktober gingen héél veel mensen tegelijk hun aandelen verkopen. Hierdoor daalde de waarde van de aandelen enorm, zelfs zoveel dat mensen hun aandelen met verlies moesten verkopen. Amerika kwam terecht in een enorme economische crisis. Al snel waaide deze crisis ook over naar andere landen, dit komt omdat veel landen op het gebied van handel en geld samenwerkten met Amerika. Zo ook in Duitsland en Nederland.
 
Economische gevolgen
Veel banken hadden niet eens zoveel geld om iedereen zijn spaargeld te geven. Juist in tijden van crisis hebben mensen hun geld nodig en willen zij dit opnemen. Vooral de wat kleinere banken kwamen hierdoor in de problemen en gingen zelfs failliet. Door al deze problemen gingen ook veel bedrijven failliet en raakte veel mensen ook nog hun baan kwijt. Amerika veranderde in een korte tijd van een welvarend land met veel banen naar een land waar de mensen in armoede leefden en veel mensen werkloos zijn.
Ook voor Duitsland was de beurskrach en de economische crisis in de Verenigde Staten nadelig. Zij leende geld via het Dawesplan van Amerika, deze lening werd stop gezet. Daarnaast moeten zij ook nog altijd de herstelbetaling doen. Duitsland had bijna geen geld meer en het geld dat zij hadden was bijna niks meer waard, er vond inflatie plaats.
 
Sociale gevolgen
Met sociale gevolgen wordt bedoelt welke veranderingen dit mee bracht voor het dagelijks leven van de mens. We weten al dat veel mensen werkloos raakte. Door de enorme werkloosheid bedacht de Nederlandse regering een aantal plannen om de economische crisis te overleven. Alle werklozen kregen een steunuitkering, dit was net genoeg geld om aan de primaire behoeften te voldoen. Om zwart werken tegen te gaan moesten alle werklozen met een steunuitkering dagelijks drie tot vier keer met een stempelkaart naar een stempellokaal. Hierdoor konden zij niet stiekem extra geld bij verdienen naast hun steunuitkering. Na verloop van tijd werden er ook werkverschaffingsprojecten bedacht. De werklozen moesten verplicht helpen aan verschillende projecten. Een voorbeeld van een werkverschaffingsproject is de afsluitdijk en het Amsterdamse bos.
 
.
 
Opdracht 1:
Kopieer het schema naar je Word-document en vul achter de begrippen de betekenis in.
Dawesplan                                                                                  
Beurskrach  
Failliet  
Inflatie  
Sociale gevolgen  
Steunuitkering  
Werkverschaffingsprojecten  
 
Opdracht 2:
Maak de onderstaande toets en plak het resultaat in je Word-document.

Opdracht 3:

Bekijk het filmpje en beantwoord de vragen in je Word-document.

  1. Noem drie producten die de Amerikaanse fabrieken produceerden.
  2. Wat is een aandeel?
  3. Welk product verkoopt Nederland voornamelijk aan Amerika?
  4. Wie is er premier in die tijd in Nederland?
  5. Op welke twee manieren proberen werklozen wat extra bij te verdienen?
  6. Hoe wordt zwart werken tegen gegaan?
  7. Waarom is het voordelig te werken aan werkverschaffingsprojecten?
  8. Hoe komen de aller armste aan geld?
  9. Waarom komen de mensen in opstand?

Opdracht 4:

Bij deze opdracht ga je een krantenartikel schrijven over een werkverschaffingsproject: de afsluitdijk. In je krantenartikel moet het volgende staan:

De opdracht moet er wel uitzien als een krantenartikel, google dus eerst even een krantenartikel zodat je precies weet hoe dit eruit ziet.