Step 4 - Grammar 1

Voor een zelfstandig naamwoord kun je een lidwoord gebruiken, heb je eerder geleerd. Het Engels heeft er drie: the, a en an. The is makkelijk: dat kun je zowat overal voor zetten. Maar wanneer gebruik je a en wanneer gebruik je an?

Bestudeer uit de kennisbank Engels het onderdeel Lidwoorden: a of an? Denk na over deze vragen:

  1. Gebruik je a of an voor book?
  2. Gebruik je a of an voor apple?
  3. Gebruik je a of an voor hour?

Lidwoorden: A of an?

Do the exercise.
Maak de oefening.