Dit deel bestaat uit 6 stappen. Werk ze één voor één door.
stap |
activiteit |
|
|
Stap 1 |
|
Luisteren |
Je hoort geluidsfragmenten waarin Katrin en Martin vertellen waar zij en hun familie wonen. Daarna beantwoord je hierover een aantal vragen. |
Stap 2 |
|
Kennis van land en volk |
Je zoekt enkele Duitse steden op. |
Stap 3 |
|
Luisteren en spreken |
Je vertelt een klasgenoot waar jij woont. Daarna luister je naar hem/haar. |
Stap 4 |
|
Grammatica |
Je leert hoe je zwakke werkwoorden vervoegt. |
Stap 5 |
|
Woordjes |
Oefen de woorden en zinnen. |
Stap 6 |
|
Spreken |
Je voert een rollengesprek met je klasgenoot over waar je woont (land, woonplaats, dorp/stad). |