Voor we aan de slag gaan met de stelling van Pythagoras, gaan we
eerst eens kijken wat we er voor nodig hebben:
-Rechthoekige driehoek
-Kwadraten
-Wortels
Om de stelling te mogen gebruiken is het belangrijk dat je werkt met
een rechthoekige driehoek. Bij elk andere driehoek werkt de stelling niet.
De naam zegt het al, het is een driehoek met een rechte hoek, van 90 graden.
Die rechte hoek herkennnen we door het teken ( of
) wat erbij wordt getekend.
De zijden die aan de rechte hoek vast zitten noemen wij de rechthoekzijde (korte zijde). Dat
betekent dat we 2 zijden hebben met de naam 'rechthoekzijde' (=RHZ).
De overige zijde noemen wij de schuine / langste zijde.
Kijk dus goed of er een rechte hoek, van 90 graden, in de driehoek zit als je de stelling
wilt gebruiken.
Bij het gebruiken van de stelling moet je de zijde in het kwadraat nemen.
Als je beide rechthoekzijden heb gekwadrateert moet je deze optellen en
hiervan de wortel nemen. Een mond vol en misschien ingewikkeld om te
volgen, dus ik zal het met 2 filmpjes laten zien. Dus, hoe kwadrateer
je en hoe doe je worteltrekken?
Kwadrateren
Worteltrekken