Een grootheid is wat we meten, bijvoorbeeld de temperatuur.
Een eenheid is een afgesproken maat om mee te meten, bijvoorbeeld graden Celsius (°C) of Kelvin (K).
Stel dat we willen meten hoeveel we hebben van een stof.
Dan kunnen we daarvan de grootheid massa in de eenheid kg meten.
We kunnen ook de grootheid volume in de eenheid m³ gaan meten.
Tenslotte kunnen we de hoeveelheid deeltjes in die stof gaan tellen (dat is ook een vorm van meten).
De eenheid voor een hoeveelheid afzonderlijke deeltjes is heel logisch gewoon 1 (één). Het nadeel van één voor één tellen van moleculen is dat je meestal heel veel moleculen hebt (al gauw duizenden miljarden!).