Een kwadratische vergelijking kan worden opgelost met de methode inklemmen.
Als je gaat inklemmen ga je antwoord niet precies berekenen, maar benaderen.
Met inklemmen gebruik je een tabel. Dit kan je terug zien in het voorbeeld hieronder.
Voorbeeld:
Sara verkoopt bloemstukken.
Om de opbrengst te berekenen gebruikt ze de vergelijking: opbrengst = -5 x prijs2 + 250 x prijs
Op een week verdient ze €2500,-. Hoe duur waren de bloemstukken per stuk?
Dit kan benadert worden door inklemmen met de volgende tabel:
Prijs | -5 x prijs2 + 250 x prijs | verschil met 2500 |
10 | 2000 | -500 |
20 | 3000 | +500 |
15 | 2625 | +125 |
13 | 2405 | -95 |
14 | 2520 | +20 |
13,8 | 2497,8 | -2,2 |
13,9 | 2508,95 | +8,95 |
13,82 | 2500,038 | +0,038 |
13,825 | 2500,6 | +0,6 |
De bloemstukken zijn dus €13,82 per stuk.
Let op: Het antwoord rond je af op 2 decimalen, omdat het geld is. Maar je bekijkt ook het 3de decimaal om goed af te ronden!