Dit deel bestaat uit 10 stappen. Werk ze één voor één door.
stap |
activiteit |
|
|
Stap 1 |
|
Hören |
Je bekijkt de video. Welke vraag/vragen hoor je? |
Stap 2 |
|
Wörter - Sprechen |
Je luistert naar de zinnen en spreek ze na. Je maakt daarna de oefeningen en voert gesprekjes met je klasgenoten. |
Stap 3 |
|
Hören |
Je luistert naar de twee verhaaltjes en kies de juiste antwoorden. |
Stap 4 |
|
Wörter |
Je leert de getallen van 0 tot en met 20 en maakt enkele oefeningen. |
Stap 5 |
|
Grammatik |
Je leert de persoonlijke voornaamwoorden. Je leert de vervoeging van het werkwoord sein. |
Stap 6 |
|
Wörter |
Je oefent en leert de woordenlijst. |
Stap 7 |
|
Schreiben |
Je schrijft enkele zinnen in het Duits. |
Stap 8 |
|
Sprechen |
Je reageert in enkele situaties. |
Stap 9 |
|
Landeskunde |
Je leert iets over Duitse kentekens. |
Stap 10 |
|
Bonus |
Je speelt in kleine groepjes BINGO met de Duitse getallen van 0 t/m 20. |