Om een kerntaak te behalen moet je aantonen dat je alle werkprocessen waaruit de kerntaak bestaat beheerst. Dit betekent dat je voor de Proeve van Bekwaamheid van kerntaak 4 op alle drie de werkprocessen beoordeeld wordt (4.1, 4.2 en 4.3).
Uiteindelijk leiden deze drie beoordelingen + de beoordeling van werkproces 4.4.tot een eindbeoordeling voor kerntaak 4. Uiteindelijk moet jouw resultaat van een werkproces op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar zijn. Dit beoordelingspunt is een kritische factor, dat betekent dat je, om een kerntaak te kunnen behalen, in ieder geval het resultaat op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar moet laten zien.