Krachten herkennen
Als je iets maakt, optilt of vervoert, pas je krachten toe. Dat kan je eigen spierkracht zijn, of de kracht van een machine. Als er kracht op je lichaam wordt uitgeoefend, voel je dat vaak. Bijvoorbeeld als het stevig waait, wanneer iemand je een duw geeft of als je een bal tegen je hoofd krijgt. Krachten die op andere mensen worden uitgeoefend voel je natuurlijk niet, maar je kunt wel zien wat voor effect krachten hebben.
Krachten kunnen de beweging van een voorwerp veranderen. Dat zie je bijvoorbeeld bij een voetbalwedstrijd. De snelheid van de bal neemt toe als een speler de bal hard raakt. De snelheid neemt af als een speler een harde bal stopt. De richting van de bal verandert als de spelers tegen de bal schoppen.
De vorm van een voorwerp kan ook veranderen. Dat zie je als je een spons indrukt, of wanneer je met klei een figuur maakt. De spons veert terug (is elastisch), maar de klei blijft in de nieuwe vorm (plastisch)
De afkorting van kracht is F (van het engelse woord Force)